11 DECEMBER 2016

Sint-Jan de Doper : de grootste en de kleinste

« Er bestaat geen grotere onder de mensen dan Johannes de Doper. En toch is de kleinste in het Koninkrijk der Hemelen groter dan hij. »

HET evangelie van deze derde zondag van de Advent doet ons nogmaals mediteren over de figuur van Johannes de Doper, die tegelijk een zeer grote heilige is en de Voorloper van de Messias. Deze rol van de H. Johannes de Doper is uiterst belangrijk. Hij hoort thuis in de rij van de profeten van Israël, van de rechtzinnige profeten. Wanneer hij verschijnt, heeft hij helemaal het voorkomen van een profeet. Hij leidt een buitengewoon bestaan in de woestijn, gekleed in een kamelenvel, en voedt zich met sprinkhanen en wilde honing. Hij profeteert en kondigt de toekomst aan met een vurigheid die Jesaja, Ezechiël of Daniël waardig zijn. De Joden hebben hem destijds erkend als één van hun profeten. Ze hebben erkend dat hij de geest van profetie bezat.

Johannes de Doper heeft Christus aangeduid als de Messias, dus Christus ligt in de lijn van de profeten van het Oude Testament. En dat is net wat de H. Mattheüs ons allereerst wil tonen in zijn Evangelie. Hij situeert Jezus, de Messias, als een schakel – de essentiële schakel, de meest belangrijke – binnen een ononderbroken traditie, die begint bij Abraham en Mozes, en zelfs bij Adam, en die loopt langs Johannes de Doper, de laatste van de profeten en de grootste. Jezus is, zoals een schakel met een andere schakel, met Johannes de Doper verbonden ; Hij is de wettelijke, legitieme opvolger van Johannes de Doper.

Vervolgens leidt de H. Mattheüs zeer behendig zijn hoofdstuk over de parabel van het Rijk der hemelen in door de scène van het verhoor dat de leerlingen van Johannes de Doper, die in de gevangenis zit, Jezus doen ondergaan. Kent jullie deze scène ? Ze is heel belangrijk in het Evangelie. De H. Johannes de Doper, die op dat moment reeds in de gevangenis zit, stuurt zijn leerlingen naar Jezus met de vraag : « Maar zijt Gij dan Degene die moest komen of moeten we een ander verwachten ? » Waarom ? Omdat Johannes de Doper enige twijfel had. Hij wist goed dat Jezus de Messias was, maar de manier waarop Jezus optrad verbaasde hem, zoals ook de familie van Jezus in Nazareth verbaasd was ! Als Hij de Messias is, dat Hij dan snel, héél snel wonderen doet ! Hij verliest zijn tijd... Hij brengt ons in de war ! Johannes de Doper was in de war gebracht. Zijn leerlingen komen naar Jezus toe en ondervragen Hem.

Jezus doet op dat moment tal van mirakelen. Maar het zijn geen tekenen in de Hemel, kosmische veranderingen, bizarre wonderlijke dingen zoals de Joden verlangden en die het apocalyptisch voorteken zouden geweest zijn van de komst van de Messias, aangekondigd door Johannes de Doper.

Jezus treedt heel anders op. Hij geneest de blinden, de kreupelen, de gehandicapten, de zieken, in groten getale. En Hij zegt aan de leerlingen van Johannes : « Gaat aan uw Meester zeggen wat ge gezien hebt. » Eigenlijk wilde hij aan Johannes duidelijk maken : komaan, vriend, denk eens na ! In de apocalyptische geschriften wordt duidelijk gezegd dat het Koninkrijk plots zal komen, op een angstaanjagende wijze, maar bij Jesaja en andere profeten wordt gezegd dat het vreedzaam zal komen, dat het een openbaring zal zijn van de barmhartigheid en de goedheid van God, een jubeljaar, dat wil zeggen een jaar van genade, van verlossing, waarin God de mensen zal troosten en hen de Blijde Boodschap zal aankondigen. « Dat is wat ik doe ! »

Laat ons goed begrijpen dat Jezus geen ongelijk geeft aan Johannes. Hij zegt niet dat Johannes de Doper zich vergist. Johannes is wel degelijk de Voorloper en heel dit discours dat Jezus houdt in verband met Johannes is heel belangrijk. Als Hij erkent dat Johannes de grootste van het Oude Testament is, voegt Hij er nochtans aan toe dat hij de kleinste is in het Koninkrijk dat komt. Dat wil zeggen dat het Koninkrijk in een onverwachte gedaante zal verschijnen, dat het op een radicaal nieuwe manier zal verschijnen.

Jezus zal volgende verbazende uitspraak over hem doen in Mattheüs : « Onder hen die geboren zijn uit een vrouw is niemand groter opgestaan dan Johannes de Doper. » Er bestaat geen groter mens dan de H. Johannes de Doper. Vervolgens voegt Hij eraan toe : « En nochtans is de kleinste in het Koninkrijk der Hemelen groter dan hij. »

Wat wil Jezus zeggen met deze raadselachtige woorden ? Jezus wil aantonen dat deze verheven man, die het onvergelijkbaar privilege gekend heeft zijn komst voor te bereiden, nog tot een ander verbond behoort, tot een tijd van voorbereiding, tot een tijd van onvolmaaktheid, de tijd van de Wet van Mozes. Hoe groot Hij ook is, de minste onder ons die tot de Kerk behoren, met al zijn privileges van het Nieuwe Verbond, alle privileges van de genade, bevindt zich in een betere situatie dan hij.

Laten we mediteren we over dit buitengewoon personage, uniek in zijn rol als Voorloper, opdat we het feest van de Geboorte van Jezus dat nadert met een volwassen geloof zouden beleven. Jezus die we in de kribbe gaan zien is niet zomaar op betoverende wijze gekomen. Heel het Oude Testament spitst zich toe op Johannes de Doper en de Doper toont in Jezus de zo lang verwachte Messias. Laten we geloven in Johannes de Doper om te geloven in Jezus.

Abbé Georges de Nantes
uittreksels uit een retraite over het Evangelie
en een homilie van 14 december 1986