Syrië

Maart 2018 : Syrië in het geopolitieke machtsspel

Ondanks het einde van de Koude Oorlog staan er in de wereld van vandaag nog altijd twee grote machtsblokken tegenover elkaar, een Westers en een Oosters. Beide zijn verwikkeld in een meedogenloze strijd om de wereldheerschappij. In dat Great Game van de eenentwintigste eeuw is Syrië een cruciale pion. Wie een juist inzicht wil verwerven in de Syrische oorlog, uitgebroken op 15 maart 2011 en nog altijd niet beëindigd, moet zich verdiepen in de geopolitieke achtergronden van het conflict.

April 2018 : Assad in het vizier van de VS

Met George W. Bush kwamen in 2000 de neoconservatieven aan de macht. De eerste etappe in de uitvoering van hun programma was uiteraard de oorlog in Afghanistan, de tweede etappe de inval in Irak. Maar al vóór de realisatie van die tweede stap duidde John Bolton, neocon en directeur Wapenbeheersing en Internationale Veiligheid [en begin april 2018 door Trump benoemd als zijn nieuwe veiligheidsadviseur…], op 6 mei 2002 Syrië aan als een van de toekomstige doelwitten in The Long War, na Irak.

Mei 2018: Gifgasaanval in Syrië?

De Amerikanen namen begin april het besluit om een verwoestende aanval op Syrië uit te voeren met als bedoeling de vernietiging van Assads leger, presidentieel paleis, commandocentra, elitetroepen, militaire opslagruimten, radarsystemen enz. Om die mega-aanval te rechtvaardigen voor het wereldgeweten, moesten de VS een goede reden verzinnen. Vanaf eind maart verwittigde Rusland ervoor dat de westerse machten een nepaanval met gas aan het voorbereiden waren. En toen, op 7 april, kreeg de hele wereld inderdaad tv-beelden voorgeschoteld van slachtoffers van een gasaanval, die onmiddellijk werd toegeschreven aan het Syrische leger. Als represaille vuurden de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk op 14 april een honderdtal kruisraketten af op Syrië...