VATICANUM III VOORBEREIDEN

VII. De ware katholieke heiligheid

IN zijn eerste brief aan de Thessalonicenzen schrijft  Sint-Paulus : « Wat God wil, is uw heiliging » (1 Th 4, 3). Jezus heeft ons uitgenodigd om volmaakt te zijn zoals onze hemelse Vader volmaakt is (Mt 5, 48).

Deze vervolmaking kan alleen bereikt worden door de omvorming van ons wezen naar de gelijkenis met Christus, door de werking van de H. Geest en de Kerk, in de ontplooiing van de theologale en morele deugden die alle samenkomen in de naastenliefde, liefde tot God en liefde tot de evennaaste.

Zo komen we tot de onvergankelijke waarheid van het theocentrisme : alles komt van God en keert tot Hem terug. Exitus, reditus : alles komt voort uit de Vader in de H. Drievuldigheid, en uit haar komt alles voort in de schepping volgens de hiërarchie van de wezens, om uiteindelijk tot haar terug te keren volgens de bovennatuurlijke orde en de vervolmaking van de Liefde.

De nieuwe theologie van het Tweede Vaticaans Concilie heeft zichzelf echter een ander systeem van de wereld gemaakt. Alles komt nog wel voort uit God, maar deze transcendente oorsprong en causaliteit worden erg weinig bevestigd, uitgelegd of ontwikkeld in alle consequenties ervan : Voorzienigheid, voorbestemming en genade, goddelijke soevereiniteit en eeuwig oordeel. Alles komt voort uit God, maar de nieuwe theologie beschrijft al snel de mens als bron van leven, schepper samen met een God die, naar de achtergrond gedrongen, instemt met en helpt bij alles wat de mens kan en wil ondernemen voor zijn eigen glorie ! Alles komt van God, maar uiteindelijk loopt alles uit op de mens, alles verspreidt zich over de aarde en verandert in menselijke waarden. Het heelal komt van God, de Kerk is van Christus, maar de Kerk is er voor de mens en stelt zich ten dienste van de wereld. Dat is het moderne “ horizontalisme ” waarvan de echte naam antropocentrisme en cultus van de Mens is.

Het Derde Vaticaans Concilie zal definitief moeten breken met deze min of meer bedekte vorm van geloofsafval die erin bestaat de mens in de plaats van God te stellen, de abstracte mens, het idool, waarachter het enige levend wezen verborgen zit dat baat kan hebben bij een dergelijke cultus : Satan. We beleven de derde bekoring van de Kerk in de woestijn, in navolging van Jezus : « Ik zal u al die macht en de heerlijkheid ervan geven, want mij zijn ze geschonken en ik geef ze aan wie ik wil. Wanneer Gij mij aanbidt, zal dit alles het uwe zijn. » Na een halve eeuw van haast algemene afdwaling moet de Kerk zichzelf herpakken en aan de Mens, aan de Wereld, aan de Duivel hetzelfde antwoorden als wat haar Hoofd en enige Meester als reactie op de bekoring zei : « Ga weg, Satan, want er staat geschreven : Ge zult de Heer uw God aanbidden en Hem alleen dienen » (Mt 4 ; Lc 4).

De Kerk van Vaticanum III zal zich herinneren dat niemand twee meesters kan dienen. God is het Enige Beginsel en dus het Enige Doel van elk schepsel. Alles komt van Hem om terug te keren tot Hem alleen. Door zijn Woord is alles geschapen en door hetzelfde vleesgeworden Woord moet en kan het vrijgekochte schepsel, met Hem en in Hem, terugkeren. Want « zonder Mij kunt gij niets », zei Hij. Door de Heilige Geest en binnen de Moederkerk moet iedereen zich bekeren, zich afwenden van zonde en kwaad, om zich te richten op de hemelse goederen. Men moet alles achter zich laten om de éne schat te verwerven, het eeuwig leven. De heiligmakende genade in ons komt niet van de mens en leidt evenmin naar de wereld : ze komt van Christus en leidt de christen binnen in die andere wereld waar God alles in allen zal zijn.

De parels van de door Vaticanum II stuk getrokken halsketting zijn in het slijk van de wereld gerold. Resultaat : duizenden afvalligen, uitgetredenen, verdwaalden. Vaticanum III zal zich een nieuwe ketting van heiligheid vervaardigen met het oog op de hemelse glorie, en wel als volgt.

De wereld en heel de mensenfamilie die uit de handen van God kwamen, zijn tegen Hem in opstand gekomen en zijn sindsdien “ onderworpen aan de ijdelheid ”. Ze gaan hun ondergang tegemoet. Voor de Kerk, als nieuwe schepping van de genade, kan er dus geen sprake van zijn een cultus van de zondige mens in stand te houden en evenmin een dienstbaarheid aan een verloren wereld ! Zij zal daarentegen naar die mensen gaan, in die wereld komen om de arme zondaars één na één aan de wereld te onttrekken en hen te brengen tot haar, de Heilige Kerk, om hen toe te wijden aan God alleen met het oog op het eeuwig Koninkrijk.

En omdat « twee liefdes twee Steden hebben gebouwd, de liefde van God tot het misprijzen voor zichzelf toe, en de eigenliefde tot het misprijzen voor God toe », is er een onverenigbaarheid, is er een wederzijdse kruisiging : van Christus door de wereld en van de wereld door Christus, van het vlees door de geest en van de Geest door het vlees dat rebelleert tegen deze overheersing. De heiligheid ligt in die tweevoudige kruisiging die de Kerk predikt volgens het woord van de H. Paulus : « Ik ben gekruisigd voor de wereld en de wereld is gekruisigd voor mij » (Ga 6).

Men moet zijn leven verliezen om het te winnen... Gaudium et spes hier op aarde ? Luctus et angor in de eeuwigheid ! Luctus et angor in deze slechte wereld, Pax et Bonum in de andere wereld, de enige die altijd blijft bestaan ! Alles achterlaten om alles te ontvangen uit de hand van Christus, in honderdvoud in deze wereld en het eeuwig Leven in de andere : zo is de wet en zo luiden de Zaligheden !

Het Derde Vaticaans Concilie zal wel degelijk een Contrareformatie moeten doorvoeren, omdat men de omgekeerde weg moet gaan : niet langer van God naar de Mens en van de Mens naar de Wereld, maar van de menselijke wereld naar Christus, en van de Kerk van Christus naar God. Vaticanum III moet terug de helling opgaan en de christenen uit de afgrond sleuren waarin de dwaasheid van het jongste concilie hen gestort heeft. Men moet terugkeren naar de liefde tot God en de verering van God, de heiligheid van de religieuze staat in ere herstellen, voor allen terug de weg naar de redding openen, aan de christenen opnieuw het verlangen naar het eeuwig Leven geven door de genade van Jezus en de tussenkomst van Maria altijd Maagd, Moeder van God en onze Moeder.

HOOFDSTUK I : DE WEG VAN DE VOLMAAKTHEID

Eenmaal de orde in de hiërarchie van de rechtsbevoegdheid hersteld is – aan het hoofd de Paus, vervolgens de bisschoppen aan hem onderworpen en hun priesters, dan de gelovigen – zal men de orde van de heiligheid moeten herstellen in haar twee hoedanigheden, een zichtbare en een onzichtbare. De onzichtbare hiërarchie van de heiligheid zal pas onthuld worden bij het Laatste Oordeel. De liefde is hiervan de enige regel. Vaticanum III zal verkondigen dat de ongelijke volmaaktheid van de heiligen die is van hun liefde tot God, opperste wet van de christelijke volmaaktheid. De andere hiërarchie van heiligheid, zichtbaar en canoniek, is die van de verschillende levensstaten, die min of meer volmaakt zijn naargelang ze een hulp of een obstakel vormen voor de volmaaktheid van de liefde. Aan de top staat het bisschoppelijk ambt, dat een volmaakt leven impliceert ; vervolgens de religieuze staat, die zelf zijn eigen graden kent ; dan het seculiere leven, in een onbegrensde verscheidenheid aan vormen die op ongelijke wijze de naastenliefde bevorderen.

DE REDDING IS NOODZAKELIJK VOOR IEDEREEN

Vaticanum III zal verkondigen dat allen geroepen zijn tot heiligheid, maar het zal in alle voorzichtigheid en wijsheid, volgens Christus, verduidelijken dat weinigen uitverkoren zijn. Omdat « het Rijk der Hemelen onderhevig is aan geweld en dat enkel de geweldenaars zich er meester van maken ». Bijgevolg zal het toekomstig concilie zomaar niet aan iedereen de heiligheid toekennen, in gelijk welke levensstaat, om het even waar en hoe – want dan zou het blind zijn voor de realiteit van het aardse leven en voor de boosaardigheid van de mensen, en liegen over het Evangelie. Daarom zal Vaticanum III alle zonen van de Kerk, van de eerste tot de laatste, met de eeuwige verdoeming bedreigen als zij zich niet afkeren van de werken van de dood maar zich overgeven aan de wet van het vlees, aan de tirannie van de wereld en aan de duivel. Het zal hen als een absolute plicht voorhouden zich daarvan te bekeren om zich te hechten aan God, in het spoor van de Geboden en de Sacramenten, in onderwerping aan de Wet van God door de genade van Christus.

Terug aanknopend met de grote traditie van naastenliefde van de vroegere concilies zal Vaticanum III alle laagheden en ongeregeldheden van de huidige wereld veroordelen en de nodige wetten en maatregelen voorschrijven voor de uitzuivering van de maatschappij, om de massa te redden. Dat is de hervorming “ in capite et in membris ”, die gebruikelijk is binnen de Kerk : hervorming in de Paus en zijn Curie, in de geestelijkheid en onder de gelovigen...

DE VOLMAAKTHEID WORDT AANGEBODEN AAN WIE DAPPER IS

Christus en zijn Kerk houden niet voor ogen wat minimaal vereist is om te ontsnappen aan het vuur van de hel. Ze hebben voor allen de heiligheid gewild en hebben deze aan allen gepredikt. Niet door de menselijke middelmatigheid naar de mond te praten en de waarde van de evangelische volmaaktheid te verminderen, maar door de middelen tot heiligheid aan te duiden en in te stellen, net als de levensstaten die het meest geschikt zijn om er toe te komen. Meer bepaald gaat het hier om de religieuze levensstaat, die wezenlijk gedefinieerd wordt door de beoefening van de evangelische raadgevingen van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid.

Deze meer volmaakte weg is maar lovenswaardig in een geestelijk perspectief van zelfverzaking en misprijzen voor de wereld. Het toekomstige concilie zal de gelovigen en de priesters uitnodigen om afstand te doen van het seculiere leven, als ze hieraan niet gebonden zijn door onverbreekbare banden, om zich enkel te wijden aan de aanbidding van de Vader, aan de liturgische handeling van de Kerk door Christus, aan de dienst van de naastenliefde in de Heilige Geest. Vaticanum III zal het unieke van het goddelijk gebod van de Liefde afkondigen en zal de “ plichten ” afwijzen die de menselijke hoogmoed en de doortraptheid van de duivel eraan toegevoegd hebben tijdens Vaticanum II : de cultus van de Mens en van zijn rechten, de ontplooiing van zijn aspiraties en zijn cultuur, het zoeken naar zijn welzijn en de dienst aan de wereld, de opbouw van een rechtvaardige, vrije en gelukkige Stad...

Na de zichtbare hiërarchie van de heiligheid krachtig hersteld te hebben, zal de dienstbare Kerk aan alle goede christenen die verbintenissen hebben aangegaan in het seculiere leven, talrijke middelen voorstellen om deel te nemen, zelfs in hun onvolmaakte staat, aan een aantal elementen van het gewijde leven, in alles waarin deze verenigbaar zijn met hun aardse verplichtingen. Op die wijze zal iedereen zijn leven lang in het spoor van de volmaaktheid kunnen lopen, tot aan de volbrenging van het offer en de gelukzalige verrijzenis.

HET HERSTEL VAN DE GEESTELIJKE STAAT

Zijn valse lofzang op de Mens en de tegenwoordige Wereld leidde ertoe dat Vaticanum II de religieuze stand devalueerde : de geestelijke staat werd een soort van « eschatologisch teken », een voorafbeelding van de toekomende wereld... Zo werd het de religieuzen vergeven dat zij eigenlijk niet meer van de partij waren, niet meer meeliepen in de koers. Een eigenaardig ras, een bizarre mensensoort – maar de metafoor van een andere, toekomstige wereld !

Vaticanum III daarentegen zal van de religieuzen opnieuw de modellen en de gidsen van de tegenwoordige wereld maken. Het zal bevestigen dat in het godgewijde leven de ultieme oplossing ligt voor alle moeilijkheden en de remedie voor alle geestelijke ziekten van de huidige tijd. Want de soevereine wet van elke volmaaktheid is eerst God te dienen en van Hem al het noodzakelijke te verwachten...

Deze grondstelling zal zin geven aan het noodzakelijk herstel van de religieuze instituten. De dringendste zorg van Vaticanum III zal er vooreerst in bestaan ze alle te hervormen, dat wil zeggen er door een zeer noodzakelijke “ contra-reformatie ” een terugkeer te bewerken naar de morele orde en naar de volmaaktheid van de regels die door de zogezegde hervorming van Vaticanum II bedorven zijn. Dit herstel zal, uiteraard, niet gewoon een terugkeer zijn naar de vormen uit het verleden, naar de gebruiken en gewoontes van weleer. De restauratie zal vergezeld gaan van een vernieuwing, waardoor de religieuze instituten zich aanpassen aan de nieuwe omstandigheden van het leven. Zich praktisch, materieel aanpassen, dat is onvermijdelijk en gebeurt spontaan. Maar niet om zich te schikken naar de wereld ! Men past zich aan om zich geestelijk te kunnen hoeden voor die wereld !

Reeds lang geleden heeft Jezus dit onderwezen. Wat verrot is, wat de mens bezoedelt, dat is niet wat hij eet maar wat hij uitbraakt, dat is niet wat hij aanraakt maar zijn aanraking zelf, dat is niet de geschapen wereld maar de ijdele blik die de mens-zondaar op deze wereld werpt en de vorm die hij de wereld oplegt volgens zijn hartstochten. Vaticanum II heeft de Kerk willen aanpassen aan de wereld, ondanks het verbod van de Apostel (Rm 12, 2), er de geest van willen overnemen en niet alleen de mechanismen, er de ambities van bewonderd en niet alleen zijn vooruitgang, en in vuur en vlam willen staan voor al zijn passies. Niet het veranderen van kloosterhabijt is erg, wel dit habijt vol verlangen willen uitwisselen tegen een werelds kledingstuk.

Vaticanum III zal naar de moderne wereld kijken, maar om er soeverein over te oordelen in de naam van Christus, volgens het Evangelie. Zonder schroom, zonder vrees. De kloosterordes zullen uitgenodigd en bijgestaan worden om de noodwendigheden en de gebruiken van het moderne leven te beoordelen naar de maatstaven van de geest van hun stichters en hun Regels. Het tegenovergestelde dus van wat al vijftig jaar gebeurt en wat de wereldwijde ineenstorting veroorzaakt heeft ! In plaats van de dwaze geestdrift voor de gadgets van de westerse consumptiemaatschappij en het zinsbedrog van de oosterse godsdienstigheid, zal Vaticanum III de religieuzen bezielen met de liefde voor hun tradities, grote en kleine, voor hun gebruiken en gewoonten. Doorheen kleine maar zichtbare dingen openbaart en handhaaft zich de geest van de stichtingen, die niets te maken heeft met de geest van de moderne wereld !

Er zal niet langer hypocriet gesproken worden over « terugkeer naar de bronnen », zoals al degenen doen die de huidige Regel opgeven, alsof hun voorgangers de primitieve Regel verraden en verloren hadden. Vaticanum III zal spreken over trouw aan de ononderbroken Traditie, die van gisteren zowel als die van eergisteren, geen slaafse of juridische trouw maar trouw die bemint, die nederig, vriendschappelijk, vol bewondering is, in één woord : toegewijd.

Het Concilie zal tenslotte moeten werken aan de heropstanding van de derde orden en congregaties, waardoor de gelovigen zelf toegang konden krijgen tot de godsdienstige volmaaktheid van hun staat. Al die instellingen werden sinds Vaticanum II afgeschaft omwille van de dwaze verheerlijking van het lekenapostolaat en zijn wereldlijk engagement, dat beschouwd werd als een vorm van priesterschap en een superieure godsdienst ! De volmaaktheid van het religieuze leven zal heel de christenheid opnieuw doordringen van een opwaartse beweging, waarvan de vrucht het honderdvoudige aan geestelijke goederen in deze wereld zal zijn en het eeuwig leven voor de massa’s trouwe gelovigen.

HOOFDSTUK II : DE HEMEL IS HEEL DICHTBIJ !

Vaticanum II heeft gesproken over de Hemel, de heiligen en de Maagd Maria in de hoofdstukken 7 en 8 van Lumen Gentium, met een overvloed aan woorden en bijbelse citaten. En toch... Al deze plechtige uiteenzettingen zijn dode letter gebleven. Het verlangen naar de hemelse dingen, de verering van de heiligen, de devotie tot de Heilige Maagd Maria zijn sindsdien overal verstikt. Ze zijn helemaal verdwenen uit de milieus waar de postconciliaire geest het meest hartstochtelijk aanwezig is.

De reden hiervoor is eenvoudig en ligt voor de hand. Tussen de katholieke gelovige en de Hemel hebben de nieuwe apostelen en leraren van de wereldse Kerk een erg zichtbare godheid geplaatst, de Mens, en een voorbereidende etappe, de Mensenstad van morgen... Deze idolen werden door Vaticanum II en Paulus VI voorgesteld als bemiddelaars. Men zou van de schitterende socialistische Stad overgaan naar het eeuwig Koninkrijk en van de Liefde tot de Mens naar de hemelse aanschouwing van God. De cultus van de Mens leek het moderne antwoord op de cultus van de heiligen, de apotheose van de eeuwige Vrouw volgde de devotie tot de Maagdelijke Moeder van God op, en de dienst aan de wereld van de mensen kwam in de plaats van het kerkelijk dienstwerk.

Maar de retoriek van de nieuwlichters kon niet lang de onverbiddelijke waarheid verborgen houden : er is een absolute tegenspraak tussen deze twee werelden die het Concilie voor ons probeerde te integreren. De nieuwe godsdienst leidt naar andere goden en naar kunstmatige paradijzen die de gelovigen verwijderen en een afkeer doen krijgen van de ware God, van zijn Onbevlekte Moeder, van de heiligen en de engelen die hun hemelse hofhouding vormen. Dit is de reden waarom de lofspraak van Vaticanum II over deze hemelse schatten bij niemand eerlijk en overtuigend overkomt.

Vaticanum III daarentegen, dat zijn blik niet gefixeerd gehouden heeft op de wereld die moest opgebouwd worden en dat zijn handen niet bevuild heeft aan de cultus van de Mens, zal door geen enkel obstakel gehinderd worden om zijn blik en zijn handen ten Hemel te heffen. De ganse Kerk die de leer van het toekomstig concilie zal volgen, zal zich niet meer verwijderd voelen maar integendeel heel nabij weten bij de Hemel en de uitverkorenen. Wanneer hun herders hen weggetrokken hebben uit de wereld en afgewend van de dwaze hoogmoed voor zichzelf altaars op te richten, zullen de christenen de algemene geest van de Kerk van alle tijden terugvinden : de Hemel is daar, heel dicht bij ons, een toegang ernaartoe is opengemaakt en de Kerk voert er ons bij de hand heen. Het volstaat het bruidskleed van de naastenliefde aan te trekken. Het eeuwig leven is begonnen. Amen, Hosanna, Alleluia !

abbé Georges de Nantes en broeder Bruno van Jezus
Hij is verrezen ! nr. 57, mei-juni 2012