Het mysterie van de Heilige Familie
MET Kerstmis legde ik uit wat het wil zeggen dat God, de hemelse Vader, het Woord, zijn enige Zoon, heeft voortgebracht. Ik volgde de leer van de H. Thomas van Aquino en ik zei dat God de Vader, die de zuivere, volmaakte en absolute geest is, zijn Zoon voortbrengt, helemaal gelijk en identiek aan zichzelf, zeer trouw beeld van zichzelf, dat op zijn beurt dus ook heel volmaakt, oneindig heilig, oneindig glorierijk, oneindig schoon, oneindig volmaakt is. Het is prachtig hoe deze Zoon het beeld van zijn Vader is.
Ik zei toen ook dat het helemaal anders is bij het voortbrengen van mensen. Je doet wat je kan, maar je kind erft over van heel je voorgeslacht en zijn erfenis is soms zwaar beladen. Jij maakt hem een lichaam, vlees en bloed, maar zijn ziel wordt geschapen door God. En verder heeft dit kind van jou ook nog een vrije wil. Het is een persoon los van jou en in die zin kan jij nog zoveel willen en doen, maar dit kind is iemand anders dan jij.
De Persoon van het goddelijk Woord, Jezus Christus, is ook Zoon van God, maar in de eenheid van éénzelfde wezen of natuur, dus in een onvoorstelbare gelijkheid. Die gelijkheid maakt van hun eenheid zo’n eenheid van vreugde, volmaaktheid en liefde dat de derde Persoon er als het levende getuigenis van is: het is de Heilige Geest.
In die zin, zegt Thomas van Aquino, is het een gebrekkige en onvolkomen vergelijking het Woord van God “de Zoon van de hemelse Vader” te noemen. En daarom wordt Hij ook het Wóórd genoemd. Sint-Thomas zegt dat als een man een rede uitspreekt of een artikel schrijft, dat dit artikel, deze rede, dit boek dan écht het kind van die man is, het is het kind van zijn gedachten en dus ook veel meer conform met het diepe en persoonlijke wezen van die man dan dat het kind in de wieg conform is aan zijn vader en zijn moeder. Als het kind groter wordt, zal het er zich vaak, helaas, nog meer en meer van onderscheiden...
En dat heeft jullie pijn gedaan.
Jullie vroegen zich af: Waarom dan kinderen op de wereld zetten als ze zo verschillend van ons moeten zijn?
Vandaag vieren wij het feest van de Heilige Familie. En wat ik jullie met Kerstmis uitlegde is waar, maar het was onvolledig. Jullie hadden mij kunnen zeggen: U hebt ons veel gesproken over de hemelse Vader die zijn Woord voortbrengt, zijn enige Zoon, van in de eeuwigheid. Maar als dat Jezus is daar in de kribbe, is daar dan geen vrouw bij Hem? We mogen zeker niet zeggen, zoals de ketterse nestorianen: de moeder van het lichaam van Jezus, van de mens Jezus. Neen, wij noemen haar de Moeder van God!
Is er tussen deze Maagd in de stal en het Kind dat zij in de kribbe heeft gelegd dan geen identiteit, geen heel trouwe gelijkenis? Was Jezus niet ook het beeld van zijn Moeder, het menselijke beeld van zijn Moeder? Niet alleen door zijn gelaat, door de vorm van zijn wezen, maar was er ook door zijn geestelijk wezen tussen de Maagd en Jezus geen heel grote gelijkenis?
En zelfs tussen Sint-Jozef en het kindje Jezus? Anders zou men over hen toch niet spreken als over de vader en de moeder van Jezus? Het is misschien een manier van spreken, maar is Jezus ook niet even goed, in zijn lichaam, gevormd door de Heilige Maagd in haar heel kuise schoot? Heeft Jezus gedurende de dertig jaren van samenleven in Nazareth niet de stempel gekregen van Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Jozef, en ik bedoel de geestelijke én lichamelijke stempel samen?
Is dat niet opvoeding? Is dat niet het wonder van de christelijke familie nog iets anders voor het kind te doen dan het te voeden, zoals men de varkens op een boerderij voedt?
Natuurlijk! Op voorwaarde dat de ouders zich bewust zijn van de grootsheid van hun opvoeding, op voorwaarde dat zij zich niet gedragen als dictators, als tirannen, als mensen die zich God zelf wanenen zich beroepen op hun gezag om aan hun kinderen hun manier van zijn en van denken op te leggen omdat zíj het zijn. Ze moeten zich tot volgzame werktuigen van God maken.
Als ze dat doen dan is het duidelijk dat ze meegaan in het goddelijke plan. Er is samenwerking: God schept de ziel voor het lichaam dat door de ouders is klaargemaakt. Hij wil dat het kind van zijn ouders ontvangt wat Hij aan hen heeft gegeven als waarheid, goedheid en schoonheid. De ziel van dat kind staat dan helemaal open voor wat van boven hen komt, namelijk van God, en zal meer en meer naar hun beeld worden. Dat men niet spreekt van opstand, rebellie, moeilijke leeftijd, mei ‘68! Dit kind is gemaakt om alles van zijn ouders te ontvangen: samen met de gezondheid van het lichaam en de opvoeding ook de volmaaktheid van de ziel.
Zo is het met Jezus in de Heilige Familie. Wanneer Hij op een bepaalde dag van zijn leven aan Sint-Jozef en de H. Maagd herinnerde, op een manier die ons wat ruw lijkt, dat God zijn Vader is, dan was dat nodig. Maar deze breuk diende om duidelijk te getuigen dat Jezus, vanaf zijn kinderjaren, in volle bewustzijn verkeerde dat Hij de Zoon van God was en de Redder van de wereld. Want wat zegt het Evangelie ons onmiddellijk daarna? Dat Hij met hen terugkeerde naar Nazareth en dat Hij hen onderdanig was. Onderdanig: Hij stond onder hun gezag. Waarom? Om te eten en te drinken? Nee! Om van hen heel de traditie van Israël te ontvangen, een goed kind te zijn gevormd naar het beeld van zijn lieve ouders. Het bewijs daarvan is dat Sint-Lucas eindigt met te zeggen dat Jezus toenam in jaren en verstand en in genade bij God en bij de mensen. Van deze groei waren Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Jozef de instrumenten. Jezus plooide zich met uiterst goede wil naar deze invloed van zijn geliefde ouders.
Daarom is het feest van de Heilige Familie het feest van en het voorbeeld voor alle families. Het toont aan de ouders de grootsheid van hun taak omdat zij de werktuigen van God zijn, niet alleen om op een mechanische, biologische manier nieuwe wezens tot leven te roepen, maar omdat hun taak daar niet ophoudt. Want daarna moet heel de opvoeding aan deze wezens hun geestelijke vorm geven, hen doordringen van de waarheid van God, hen kneden naar het beeld van hun ouders, die zelf het beeld van God zijn. Anders loont het de moeite niet en stevent men recht af op de ergste rampen – zoals we tegenwoordig maar al te vaak zien.
Ik benadruk dat en ik geef jullie er de theologische uitleg van.
Het was de grote roeping van de Heilige Maagd en van Sint-Jozef om op niet te evenaren wijze op het Kind Jezus hun stempel te drukken, zoals zij dat konden doen als afstammelingen van het ras van David, als kinderen van Israël en als rechtvaardigen uit het Oude Testament. En Jezus verlangde vurig naar deze opvoeding. Zoals zij het hebben gedaan voor het Kindje Jezus, zo kreeg de Kerk van Christus de taak om naar het beeld van Onze-Lieve-Vrouw en Sint-Jozef hetzelfde te doen voor elk van ons.
Zo merk je hoe ik de brug maak tussen de H. Familie en om het even welk gezin of kloostergemeenschap onder ons. Het mysterie dat hen verbindt, is het mysterie van de Kerk, de Kerk die onze Moeder is. Het geloof is geen wetenschap of een deugd die men zichzelf geeft, het geloof is een langzame totstandkoming: de Kerk vormt het geloof in ons en voedt en ontwikkelt het.
De Kerk is een Moeder, een familiaal midden waarin wij opgroeien zoals in de schoot van onze moeder, zoals in de schoot van een sterk verenigde familie. Daar is het dat wij onze volmaakte vorm krijgen die ons tot kinderen van God maakt en tot het beeld van Christus, die onze oudste broer is.
Zo is de Kerk de volmaakte familie. Al onze gezinnen en kloostergemeenschappen moeten zich bekleed voelen met een deel van het gezag van de Kerk. Al onze families, elke christelijk gezin is een kleine Kerk, een miniatuurkerkje. En in de familie moeten de vader en de moeder de taken uitoefenen die hen vanwege God worden gegeven. De man moet het hoofd van de familie zijn zoals Christus het hoofd is van de Kerk. De moeder moet het wonder van tederheid, goedheid, toewijding, raad, voorzichtigheid, wijsheid zijn zoals de Kerk het is voor ieder van ons. Zij is de Kerk bij haar kinderen.
Anders zou er een afgrijselijke breuk zijn tussen de zaken van het vlees, van het huwelijk en de zaken van God. Maar neen, het mysterie van het huwelijk, het mysterie van de familie en van onze kloostergemeenschap schrijven zich in een groot goddelijk plan in: onze hemelse Vader geeft het leven aan zijn Zoon en aan de Heilige Geest en vervolgens, als in een overvloed van liefde, geven zij hun leven aan ieder van ons, opdat wij zouden gaan gelijken op hen.
Dat is het mysterie van de familie. En zo ben ik mijn voorsprong kwijtgespeeld! Als ik een artikel schrijf, ben ik heel fier dat ik mijn gedachten zwart op wit heb neergeschreven, en ze worden zelfs gedrukt! Dat worden allemaal tonnen papier die in bibliotheken worden opgeslagen. Dat papier vergeelt stilaan en ooit smijten ze het op een hoop en gooien ze het in het vuur. Ik maak mezelf niets wijs. Wat is er dan van mijn kind geworden? Het is teruggekeerd naar het niets! Maar jullie, huisvaders en huismoeders, moeten van jullie kinderen kinderen vol wijsheid en kennis en deugden maken. En als ze hun mond opendoen, spreken ze als een boek, een boek dat nooit iemand in het vuur zal gooien, niet in deze wereld en niet in het eeuwige vuur.
Dus jullie winnen veruit van mij, jullie maken levende kinderen voor het eeuwig leven, terwijl ik tonnen papier opstapel voor niets! Op voorwaarde dat jullie soms lezen wat ik schrijf om goed te weten wat jullie je kinderen moeten inprenten... En zo zijn we allemaal weer verzoend.
Wat is onze godsdienst prachtig! Het is geen leer die in boeken blijft steken, maar iets dat klopt van leven en van liefde. En het gaat niet alleen over de aarde, want de aarde is een voorbereiding op de Hemel waar wij allemaal zullen gelijken op Christus, kinderen naar het beeld van de Vader in de liefde van de Heilige Geest.
Wat een heerlijke hoop mogen wij hebben, een hoop die aan de ouders moed moet geven voor hun roeping en aan de kinderen de intelligentie om te gehoorzamen, zodat onze familie in harmonie leeft tot meerdere glorie van God en voor het goed van ieder van ons met het oog op het eeuwig leven.
abbé Georges de Nantes
preek op 13 januari 1980