DE ACTUALITEIT DOORGELICHT
APRIL 2019
HONGARIJE GEEFT HET VOORBEELD!
«Het christelijk nationalisme is terug! In juli van vorig jaar lanceerde de Hongaarse premier Viktor Orbán zijn nieuwe kruistocht: “Dertig jaar geleden dachten wij nog dat Europa onze toekomst was; vandaag zijn wij ervan overtuigd dat wij het zijn die de toekomst van Europa belichamen”« (broeder Bruno van Jezus-Maria in september 2018).
Al sinds 2010 wordt Hongarije geregeerd door de rechtsnationalist Viktor Orbán. Hij werd in april van dat jaar tot premier aangesteld nadat zijn partij, Fidesz, bij de verkiezingen 52 procent van de stemmen had behaald. Orbán beschikte over een comfortabele tweederdemeerderheid (263 van de 386 zetels) in het parlement en kon meteen aan de noodzakelijke hervormingen beginnen.
De Hongaren waren geestdriftig over het resultaat en schonken Orbán zowel bij de parlementsverkiezingen van april 2014 als die van april 2018 opnieuw een ruime overwinning, zodat hij zijn tweederdemeerderheid behield en zijn beleid kon voortzetten.
Dat beleid stelt het belang van Hongarije en van de Hongaren op de eerste plaats. Niet Europa, niet de NAVO, niet welke internationale organisatie dan ook. Die nationalistische politiek is in onze tijd een uitzondering geworden en het wordt Orbán door zijn gezworen vijanden in Brussel, Parijs en New York dan ook niet vergeven. Maar hij houdt stand en geeft het voorbeeld van hoe een soevereine staat zou moeten handelen.
«TWEE BESCHAVINGEN IN EUROPA»
Premier Orbán hoopt dat migratie-kritische partijen een meerderheid zullen behalen in de Europese verkiezingen van mei. Hij ziet daarbij de Franse president Emmanuel Macron als zijn grootste tegenstander. «Het is niets persoonlijks, maar het gaat wel over de toekomst van ons land. Wat hij wil in verband met migratie zou slecht zijn voor Hongarije. Daarom moet ik hem bestrijden», klinkt het.
Orbán zegt dat «het liberale denken in Europa de belangrijkste vijand van de vrijheid» is. «In het Westen heerst liberalisme, geen democratie. Censuur en aanvallen op de vrijheid van meningsuiting zijn daar de gewoonste zaak van de wereld geworden» (toespraak tot de Hongaarse minderheid in Roemenië, 27 juli 2018).
Volgens hem valt Europa uiteen in twee beschavingen: «In plaats van één enkele beschaving zullen er in Europa twee beschavingen zijn. Er zal een gemengde beschaving zijn die haar toekomst bouwt op een islamitisch-christelijke co-existentie. Maar wij in Centraal-Europa zeggen nog steeds dat Europa een christelijke beschaving is en dat Europa toebehoort aan de Europeanen.» Hij ziet geen ruimte voor compromissen en geeft nog mee dat hij voortdurend onder druk staat van de Duitse media en politiek om migranten binnen te laten.
Door te verwijzen naar «wij in Centraal-Europa» maakt Orbán duidelijk dat hij met zijn politiek niet moederziel alleen staat. Een belangrijke troef is de groep van Visegrád, de alliantie van Hongarije, Slowakije, Tsjechië en Polen. Deze vier landen werken al samen sinds 2004, het jaar van hun toetreding tot de EU, maar hun bondgenootschap kreeg een nieuwe invulling op het moment van de Europese vluchtelingencrisis van 2015: de «V4» weigerden grote aantallen niet-Europese migranten op te nemen en blijven sindsdien bij dat standpunt, tot grote woede van de Europese Commissie. In verband met de door Brussel opgelegde vluchtelingenquota stelt Orbán dat hij die niet accepteert, omdat massa-immigratie volgens hem kan leiden «tot de dood van naties».
In juli 2015 liet de Hongaarse regering een 175 km lang en 4 m hoog hek optrekken langs de grens met Servië. Na de voltooiing van deze afsluiting (15 september 2015) werd de verdere toestroom van migranten naar Hongarije zo goed als volledig stopgezet. Uiteraard kreeg het initiatief heel wat kritiek te slikken van mensenrechtenorganisaties en van de regeringen van enkele West-Europese landen. Orbán ziet het echter als zijn plicht om zijn land te behoeden voor de toevloed van overwegend islamitische vluchtelingen.
Steun kreeg hij alvast van de Franse ambassadeur in Boedapest, Eric Fournier, die in een vertrouwelijke nota de politiek van Orbán prees. De diplomaat stelde de «mythe van het populisme» aan de kaak die in de West-Europese media geregeld opduikt om de Hongaarse regering in een slecht daglicht te stellen. Ook vroeg hij zich af of «de beschuldigingen van antisemitisme tegen Orbán [werkelijk álles is blijkbaar goed om de Hongaarse nationalist onderuit te halen!] niet dienen om de aandacht af te leiden van het waarachtige moderne antisemitisme, dat van de moslims in Frankrijk en Duitsland.»
Die steunbetuiging aan Viktor Orbán deed de ambassadeur de das om: president Macron ontsloeg hem op staande voet en verving hem door een “gewilliger” persoon.
De anti-Hongaarse politiek van Macron werd scherp op de korrel genomen door journalist Renaud Girard: «Hij wil Orbán doen doorgaan voor een nieuwe Hitler. Maar in Hongarije kan je in het publiek zeggen wat je denkt, de boeken verkopen die je wil, de kranten van je keuze lezen en op straat campagne voeren tegen Orbán. Er zal je niets overkomen. Joden die in een buitenwijk van Boedapest wonen, kunnen in alle rust hun godsdienst belijden. Wat niet het geval is in Seine-Saint-Denis bij Parijs! Als er een schandaal is inzake publieke vrijheid en de rechtsstaat, dan is het wel in Frankrijk!» (Le Figaro, 18 september 2018).
EEN BATTERIJ MAATREGELEN OM DE NATALITEIT OP TE KRIKKEN
Hongarije kampt al sinds het begin van de jaren tachtig met een scherp dalend geboortecijfer. Tegenover 131.900 overlijdens in 2017 stonden er slechts 94.600 geboorten.
Omdat Orbán geen beroep wil doen op migranten, heeft hij op 10 februari van dit jaar een plan in zeven punten uiteengezet om het kroostrijk gezin opnieuw in ere te herstellen. «Er worden steeds minder kinderen geboren in Europa. Voor het Westen is het antwoord immigratie. Voor elk kind dat ontbreekt, zou er een vreemd kind moeten binnenstromen, zodat de demografische cijfers vervolgens kloppen», aldus de premier in zijn toespraak tot de natie. «Maar wij hebben geen behoefte aan cijfers, wij hebben Hongaarse kinderen nodig. Voor ons staat het toelaten van immigratie gelijk met capitulatie.»
Een van de meest in het oog springende maatregelen is de levenslange vrijstelling van belastingen voor moeders van vier of meer kinderen. Verder kan wie nood heeft aan een grote gezinswagen daarvoor subsidies krijgen. Een ander punt heeft betrekking op goedkope leningen voor gezinnen van tenminste twee kinderen om een eigen woning te verwerven.
«Vrouwen onder de 40 die voor het eerst trouwen, komen in aanmerking voor een gesubsidieerde lening van zo’n 31.000 euro. Bij de geboorte van het tweede kind wordt een derde van de schuld kwijtgescholden. Bij de geboorte van het derde kind zou de volledige lening worden kwijtgescholden» (Pieter Van Berkel in Sceptr van 11 februari 2019).
De regering belooft verder dat zij extra fondsen zal toekennen aan de plaatselijke sociale zekerheid en dat er 21.000 extra plaatsen in de kinderopvang zullen gerealiseerd worden. Grootouders die kleine kinderen opvangen van werkende ouders krijgen een financiële tegemoetkoming.
MIKE POMPEO IN BOEDAPEST
In februari jl. maakte de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo een vijfdaagse rondreis door Oost-Europa. Hij legde er de ene verklaring na de andere af over het «gevaar» van economische akkoorden met Rusland of China.
Op 11 februari was de minister in Boedapest, waar hij zonder veel enthousiasme verwelkomd werd. Hij maakte meteen duidelijk waarom Washington misnoegd is: «De Russen en de Chinezen zijn erin geslaagd hier meer invloed te verwerven, hoewel ze helemaal niet de Amerikaanse idealen delen die ons zozeer ter harte gaan.»
Zijn Hongaarse ambtgenoot Peter Szijjártó was niet onder de indruk en diende Pompeo van antwoord: «De wereld zal niet beter worden zolang bepaalde landen verder hun tijd besteden aan tussenkomsten in de binnenlandse aangelegenheden van andere landen.» Hij preciseerde dat Boedapest volgens hem gerust kon voortgaan met het onderhouden van transparante betrekkingen met Moskou en Beijing. Szijjártó noemde de kritiek op zijn land omwille van de banden met Rusland en China «een enorme hypocrisie». Hij verduidelijkte: «Aan de oppervlakte is er veel kritiek, maar “onder water” is er sprake van een uitwisseling tussen Europa en Rusland die miljarden euro’s bedraagt.»
De Hongaarse minister voegde daar nog aan toe dat die economische relaties van zijn land daarom nog niet een minder betrouwbare bondgenoot van de NAVO maakten.
Die verklaringen stonden mijlenver van de vlammende beweringen van Mike Pompeo, die kort tevoren had gefulmineerd: «Wij mogen niet toelaten dat Poetin deuken slaat in de vriendschappelijke betrekkingen tussen de landen van de NAVO. Hongarije heeft tot zijn schade ondervonden, zoals de geschiedenis ons leert, dat Rusland nooit de vriend zal zijn van de vrijheid en de soevereiniteit van de kleine naties.» Wat China betreft, had de Amerikaanse minister simpelweg aan speculatie gedaan: «De handdruk van Beijing is niet gratis en zal Hongarije opzadelen met vele economische en politieke schulden.»
SAMENWERKING MET RUSLAND
In mei 2017 startte het Russische Gazprom, in samenwerking met Turkije, met de aanleg van twee aardgaspijpleidingen onder de Zwarte Zee. Het beginpunt van het onderwatergedeelte van «TurkStream» is de Russische badplaats Anapa, het eindpunt Kiyikoy in Europees-Turkije. De geplande transportcapaciteit van TurkStream bedraagt 31,5 miljard m3 aardgas per jaar (15,75 miljard m3 per pijpleiding). De eerste leiding is bestemd voor de Turkse markt, de tweede mikt op landen in Europa. Voor dat laatste objectief is een extra “been” nodig vanuit Europees-Turkije.
«Rusland bestudeert momenteel twee opties voor het tweede been van het TurkStream-project. De eerste mogelijkheid is een leiding vanuit Turkije doorheen Bulgarije, Servië en Hongarije tot in Oostenrijk; de tweede mogelijkheid betreft een pijplijn door Griekenland naar Italië. Volgens officiële bronnen in Moskou heeft de eerste optie op dit moment meer kansen; zij wordt trouwens ondersteund door verklaringen van Servische en Hongaarse verantwoordelijken» (Vladimir Spasić, Serbia, Hungary push for the second line of TurkStream, 22 februari 2018).
Op 2 februari 2017 werd Vladimir Poetin met alle honneurs in Boedapest ontvangen door Viktor Orbán. Beide leiders bespraken de energiesamenwerking en ongetwijfeld toonde de Hongaarse premier zich bij die gelegenheid een enthousiaste pleitbezorger van TurkStream. Op een persconferentie veroordeelde Orbán de Europese sancties tegen Rusland: «Helaas is in het westelijke deel van ons continent een anti-Russisch beleid in de mode geraakt.» De regeringsleider raamde de schade van de sancties voor zijn land op 6 miljard euro, inclusief de gevolgen van de Russische tegensancties.
Hongarije wil zelf beslissen over zijn energiebevoorrading en is niet zinnens zich de wet te laten dicteren door de Europese Commissie, die zich gedraagt als een vazal van de VS en hun hysterische afkeer van al wat Russisch is. Na gesprekken met de Russische minister Lavrov verklaarde zijn ambtgenoot Peter Szijjártó: «Hongarije vraagt dat de EU geen obstructie pleegt in de implementatie van het Turkstream-project, zodat Centraal-Europa de mogelijkheid heeft om zich te bevoorraden met Russisch gas.»
AFREKENING MET SOROS
De praktijken van de Hongaars-joodse miljardair George Soros (geboren in Boedapest als György Schwartz) waren de regering-Orbán al jaren een doorn in het oog. Soros zette zijn enorme vermogen, dat hij verdiend had met beursspeculatie, in om zijn politieke idealen te realiseren: het ondersteunen van globalistische, anti-nationalistische en links-progressieve projecten.
In de Hongaarse hoofdstad richtte de Open Societies Foundations van Soros een universiteit op, de Central European University. Die instelling doceert in hoofdzaak sociaal-politieke vakken, in de multiculturele geest die de miljardair dierbaar is.
Het tij begon voor Soros te keren in de zomer van 2016. Toen plaatsten hackers correspondentie, rapporten en gedetailleerde financiële informatie online in verband met de projecten die de Open Society Foundations sponsorde. Uit de zgn. “Soros Leaks” bleek dat de zakenman een dikke vinger in de pap had in de promotie van het opengrenzenbeleid in de Europese Unie.
«De stichtingen en het geld van Soros hebben een doorslaggevende rol gespeeld in elk facet van de zich ontwikkelende Europese migratiecrisis en dat al lang vóór 2015. Achter alle retoriek van de verschillende ngo’s die Soros sponsort – zoals Open Society Foundations, International Migration Initiative en Human Rights Watch – gaat een agenda schuil die fundamenteel tegengesteld is aan die van de Hongaarse regering van Orbán, net zoals aan die van verschillende andere EU-regeringen, onder meer die van de Oostenrijkse kanselier Sebastian Kurz die zijn steun uitgesproken heeft voor Orbáns migratiepolitiek» (F. William Engdahl, 22 februari 2018).
In een gelekt document schreef Soros aan de Amerikaanse zakenman en “filantroop” Michael Bloomberg: «Het plan van Orbán beschouwt de bescherming van de nationale grenzen als een doel en de vluchtelingen als een obstakel. Ons plan ziet de bescherming van vluchtelingen als het doel en de nationale grenzen als het obstakel.»
Water en vuur dus… Voor Orbán was het duidelijk dat Soros aan politieke inmenging deed en dat zijn gestook moest stoppen. In april 2017 bekrachtigde het Hongaarse parlement een wet die een verbod oplegt aan buitenlandse universiteiten wanneer die geen vestiging hebben in hun land van oorsprong. Soros kon niet anders dan verhuizen… naar Wenen. Om daar Kurz stokken in de wielen te steken? We herinneren ons een uitspraak van Vladimir Poetin: «Godzijdank hebben we Soros uit Rusland buitengeschopt!»
redactie KCR