31 MAART 2024
De bewijzen van de Verrijzenis van
Jezus Christus
HET uitgangspunt voor de christelijke prediking is een historisch feit: de vaststelling van de Verrijzenis van Jezus van Nazareth. Alle apostelen zijn het erover eens om te bevestigen dat zij een objectief feit hebben gezien, dat iedereen die bij hen in de kamer zou geweest zijn toen Jezus er verscheen, zou hebben kunnen waarnemen. Het was dus geen intieme ervaring, geen bijzonder mystiek vermogen van de een of de ander. Neen.
Het is een historische gebeurtenis die de apostelen en vele leerlingen hebben meegemaakt en waarvan ze getuigenis hebben afgelegd. Vanaf dat moment zullen ze het buitengewone nieuws van dit waargebeurde feit waarvan ze getuige zijn geweest aan de hele wereld bekendmaken en op alle toonaarden herhalen: «We hebben Hem gezien, we hebben Hem aangeraakt, we hebben met Hem gegeten, Christus is werkelijk opgestaan!»
De gebeurtenis die voor iedereen zichtbaar was, was in de eerste plaats de dood en de begrafenis van Jezus. Christus had inderdaad gezegd dat Hij zou verrijzen, maar de evangelisten vertellen dit zonder er verder op in te gaan en voegen eraan toe dat ze niet begrepen wat dit betekende. De Joden van hun kant wisten het ook, maar ze waren achterdochtig en daarom lieten de oversten het graf van Christus bewaken door soldaten.
Welnu, eerste objectieve feit: de heilige vrouwen en de apostelen vonden het graf leeg. Het Lichaam van Jezus was verdwenen. Alleen de Lijkwade was ter plaatse gebleven. Dit is een ongehoord bewijs, als je er goed over nadenkt, en het irriteerde de Joden buitengewoon want ze verzonnen meteen de fabel dat zijn Lichaam was weggehaald. Maar wie nam het dan weg? En waarheen? De Joden hadden een onderzoek kunnen gelasten en de apostelen ervan kunnen beschuldigen dat ze het Lichaam hadden gestolen, temeer omdat op grafschennis de doodstraf stond. Maar nee, ze probeerden er nooit achter te komen. Bewijs van hun grote verbijstering en hun zekerheid dat Christus werkelijk was verrezen.
Geconfronteerd met dit lege graf waren de apostelen en heilige vrouwen teleurgesteld, verbijsterd en angstig. Ze wisten niet waar men hun Heer had neergelegd. Wat was er gebeurd?
Het lege graf zorgt zelfs voor ontreddering bij onze modernistische theologen, die aan de Verrijzenis een symbolische interpretatie willen geven. Het bezwaar dat hen het meest doet steigeren is het lege graf. Dat verdwenen Lichaam is erg vervelend. Want als je wil aantonen dat Christus niet werkelijk uit de dood is opgestaan, moet je er absoluut achter zien te komen waar zijn Lichaam is neergelegd en wat ermee is gebeurd.
Het is makkelijk om te zeggen dat de apostelen het hebben gestolen en ergens hebben verstopt. Maar op een goede dag, na twintig of vijftig jaar, zouden christenen hebben geweten waar het Lichaam van Christus zich bevond en zouden ze het zijn gaan vereren. Maar dat is nooit gebeurd! Nooit of nooit is er nog over gesproken. En de vijanden van Christus hebben nooit de moeite genomen om uit te zoeken waar het Lichaam was neergelegd. Het lege graf is een onomstotelijk bewijs!
Ook het wetenschappelijke bewijs van de Lijkwade is buitengewoon veelzeggend. De H. Lijkwade van Jezus Christus draagt alle sporen en bloedvlekken van een Lichaam dat gegeseld, met doornen gekroond en gekruisigd is. Dit identificeert het slachtoffer: het is de Heer!
Alle wetenschappelijke analyses van de Lijkwade van Turijn tonen aan dat de afbeelding op dit linnen niet door mensenhanden gemaakt kan zijn. Het was Jezus die, op het ogenblik van zijn Verrijzenis, zijn portret op zijn Lijkwade heeft afgedrukt om het kwijnende geloof van zijn huidige Kerk ter hulp te komen in het gevaar van de laatste tijden, door haar het wetenschappelijke bewijs van zijn Verrijzenis te geven.
We kunnen ons dus met de hele Kerk verheugen, want ons geloof is niet ijdel. Christus is waarlijk opgestaan, Alleluia!
Abbé Georges de Nantes
Audiofragmenten uit «De waarheden van ons Credo»