6. De godsdienst van het Verbond

Jahweh heeft besloten binnen te treden in de wereld door een trapsgewijze openbaring van zichzelf, een onthulling van zijn denken, van zijn barmhartig plan voor zijn gevallen schepsel. Daartoe heeft Hij zich een man gekozen: Abraham.

1. De H. Schrift bevat de openbaring van heel de gewijde geschiedenis van God met de mensen, van het boek Genesis tot de Apocalyps. De Bijbel ontsluiert op mysterieuze wijze de zin van het bestaan van ieder van ons en van ons allemaal samen. Voor de falangist is de Bijbel daarom het enige en unieke heilige boek. Hij aanvaardt hem zoals hij hem van zijn Moeder de H. Kerk gekregen heeft: in twee onlosmakelijk verbonden Testamenten, het Oude en het Nieuwe, het vervallene en het definitieve, het eerste als aankondiging, voorbereiding en prefiguratie van het tweede, dat blijvende volheid is.

2. We zien een goddelijke kracht aan het werk. Abraham, na hem Izaäk en Jacob en vervolgens de twaalf stammen die uit hen voortkwamen, betekenen niets in vergelijking met de geweldige rijken en beschavingen van Egypte, Babylonië… Maar God had met hen een Verbond gesloten. De rechtlijnige draad van de wereldgeschiedenis loopt via de godsdienst van dat door God beminde volk en staat los van welke heidense religie of wijsheid ook.

3. De redding wordt al beloofd aan Adam en Eva in hun nageslacht. God sluit een verbond met Noë en zijn afstammelingen, voor eeuwig. In Abraham zullen alle volkeren van de aarde gezegend zijn. En weldra zal de alliantie met Mozes de uitverkiezing van Israël bekendmaken en realiseren: de vestiging van het uitverkoren volk in het Beloofde Land, de goddelijke gaven van één geloof, één wet en één koning, de stichting van een heilige Stad en een Tempel, de invoering van een door God gewilde eredienst en een geïnspireerde wijsheid, allemaal in afwachting van een Nieuw en Eeuwig Verbond.

4. Maar Israël is « een halsstarrig volk », ontrouw aan zijn God. De woede van Jahweh komt op het uitverkoren volk neer en onderwerpt het aan de macht van het buitenland, terwijl de « armen van Israël », de kleine « rest » die loyaal blijft en van generatie op generatie onderricht wordt door de profeten, wacht op zijn bevrijder, zijn Messias, en al op voorhand zijn universele heerschappij bezingt in de psalmen.

5. Vermits het rabbijns jodendom de voltooiing van het Verbond in Jezus Christus, onze Heer, niet wil erkennen, kan het niet beschouwd worden als een echte heilsgodsdienst. De falangist stelt het religieuze en soms zelfs atheïstische racisme en de louter aardse ambities van het moderne jodendom aan de kaak als de meest te duchten omvorming van de oude profetische geest. Dat betekent echter helemaal niet dat de falangist zelf antisemitisch zou zijn: het joodse volk is niet uitgesloten van het heil, want alle mensen zijn geroepen tot eenzelfde broederschap in Christus.

6. Hetzelfde geldt voor de islam. De schrijver van de Koran heeft het Verbond gesloten met Abraham ten gunste van Izaäk afgeleid naar Ismaël en zo losgekoppeld van het huis van David, waaruit de Messias zou geboren worden. Het islamitisch monotheïsme is fundamenteel anti-trinitair en loochent de verlossing gebracht door Jezus Christus. De falangist kent aan die valse godsdienst geen enkel recht toe. Hij zal nooit pleiten voor verstandhouding of samenwerking ermee, hoogstens voor een door de omstandigheden ingegeven tolerantie voor het goed van de vrede.