2 MAART 2014
De katholieke Kerk en de valse profeten
« Niemand kan twee heren dienen; hij zal of de een haten en de ander beminnen, of de een aanhangen en de ander verachten. Gij kunt God niet dienen en de mammon » (Mt 6, 24).
ONS enig geluk is God en de enige Kerk van God heeft geen ander doel dan alle mensen tot Hem te brengen. De Kerk gebruiken voor aardse doeleinden en haar energieën ombuigen om ze in dienst te stellen van puur menselijke objectieven betekent dus niets anders dan haar afleiden van haar enige zending. Daardoor brengt men haar zo ernstig in verwarring dat men haar uitput en ten val brengt, terwijl men meent haar te dienen en te ontwikkelen.
Het progressisme beeldt zich in de Kerk te helpen een betere plaats in de moderne wereld te veroveren, maar gebruikt in feite haar levende krachten om haar zo uit evenwicht te brengen dat ze beroofd wordt van het Levende Water van de genade waarin zij zichzelf vernieuwt. In tegenstelling tot wat men tot in den treure herhaalt, legt het progressisme de nadruk op de schijn maar verzwijgt het de realiteit, stapelt het de slogans op maar verhult het de dingen zelf, dringt het als een onvermijdelijke noodzaak op wat eerst was voorgesteld als een boeiende denkpiste. Het progressisme is een kanker die teert op de Kerk, maar haar niets bijbrengt.
Of beter gezegd: het progressisme mobiliseert de geestelijken, recruteert met hun toegewijde hulp sommigen van de beste christenen, maakt gebruik van kranten en gebouwen, propagandamiddelen en geld, verenigingen en vergaderingen die het heeft opgericht en overeind houdt – maar wat geeft het in ruil? De Kerk heeft sinds lang vertrouwd op de beloften van de progressisten. Men ging een enorme stap vooruit zetten in de wereld van de onverschilligen en de vijandigen. Men zou de grote massa’s terug tot God brengen. De stap is gezet, met de beste troepen. Maar de terugkeer zal niet voor morgen zijn! Want er is niet alleen dualiteit maar vooral tegenstrijdigheid in het nastreven van zowel natuurlijke als bovennatuurlijke doeleinden, in de zoektocht naar het aards paradijs en de Hemel, in het verlangen naar God en naar de menselijke goederen... De koortsige beroering die we zien in de Kerk heeft als bedoeling haar te verzoenen met de huidige wereld, om die te doen hoogschatten, om de aardse goederen na te jagen.
Hoe is het mogelijk dat men niet ziet dat dit juist tot de vernietiging van de hemelse dingen leidt? En omdat de Kerk enkel blijft bestaan en haar elite enkel rekruteert dankzij de hemelse goederen die zij belooft en al in overvloed uitdeelt in de zielen van haar trouwe dienaars, maakt haar huidige “omschakeling” dat ze haar voornaamste aantrekkingskracht verliest. Door haar af te scheiden van God scheidt men haar af van haar Bron zelf en pleegt men een aanslag op haar wezen. Een Kerk die is overgeleverd aan het progressisme put zich uit in uiterlijkheden en ijdele verleidingen, maar in de werkelijkheid van de feiten hernieuwt zij zichzelf niet meer; haar kroon glijdt naar beneden en haar afsterven neemt een aanvang.
De Kerk haalt haar leven en haar aantrekkingskracht enkel en alleen uit haar bovennatuurlijke schat: haar waarheid, haar sacramenten, haar discipline – in één woord: haar heiligheid. Als je iets anders preekt dan de gekruisigde Jezus Christus, weet dan hoe groot het misbruik is dat je pleegt wanneer je daartoe de stem zelf van de Kerk gebruikt. Deze dwaling put haar vruchtbaarheid uit en ruïneert haar.
De zogenaamde christelijk geïnspireerde pers spreekt meestal over personen in de actualiteit zonder hun religieuze overtuiging te vermelden of verslaat zonder verpinken feesten, congressen, manifestaties en oproepen van verklaarde vijanden van de Kerk of onverschilligen, zonder een onderscheid te maken tussen hen en mannen of gebeurtenissen van de Kerk. Het staat slecht om op een verschil te wijzen! Deze kranten of journalisten noemen zich christenen opdat hun universele sympathie zou worden toegeschreven aan de christelijke naastenliefde. Maar ze beseffen niet dat zij op hetzelfde ogenblik het doopsel en het geloof dat zij belijden, kleineren. Als deze genade geen enkel verschil maakt, als ze nooit wordt genoemd, als ze bij niemand een rijkdom lijkt te zijn en haar afwezigheid geen groot gemis is, dan is ze totaal onwerkelijk of enkel een intiem gevoelen. Niemand zal zo tot bekering komen en het zal christelijke lezers en luisteraars leiden tot relativisme en onverschilligheid. Zonder sectair te willen zijn is een zekere onbuigzaamheid in het geloof, het maken van een duidelijk onderscheid met ongehoorzaamheid, ketterij en apostasie, noodzakelijk voor het leven van de Kerk. Als je de grenzen van de Kerk uitwist, waar zal zij dan blijven bestaan?
Het huwelijk verheffen en voorstellen als een absoluut goed, betekent blijk geven van begrip en meegaan in de denkwijze van de mensen van de wereld. Op dat punt wil men een grote vernieuwing van de katholieke leer bewerkstelligen. Men wil die leer zuiveren van elk pessimisme. Het huwelijk krijgt in de huidige prediking de ereplaats, waar die vroeger voorbehouden was aan de geestelijke roeping. Hebben de gehuwde mensen dat graag? Ik ben daar nog niet zo zeker van. Maar precies in dezelfde mate waarin het huwelijk wordt opgehemeld, verminderen de roepingen of gaan ze onderweg verloren. Bij velen schept de aarzeling een onherstelbare twijfel over de waarde zelf van het religieuze leven. Een vermeend groot geestelijk schrijver lijkt zelfs te erkennen dat het celibaat een onherstelbare frustratie is! En een overste van een seminarie beweert dat het een ernstig lichamelijk en geestelijk onevenwicht veroorzaakt!
Men moet elke levensroeping de plaats geven die haar toekomt. Het zou beter zijn de liefde tot God, die het enige geluk is, te bezingen: ieder zou er volgens zijn levensstaat het grootste voordeel uit halen. De mensen van de wereld zouden er een nieuwe zuivering van hun relaties in vinden, de uitverkozen zielen een duidelijke oproep tot de volledige zelfgave.
Men verheft de onafhankelijkheid, de persoonlijke vrijheid. Een beroemd predikant stelt «de gehoorzaamheid van de angst» tegenover «de vrijheid van de liefde». Maar twintig eeuwen van heiligheid hebben de gehoorzaamheid met de liefde verzoend en zo de arme mensheid gered van de oude luchtspiegeling van de vrijheid. Men denkt te behagen aan de mensen van buitenaf, terwijl men niet anders doet dan de goede christenen die naar ons luisteren te misleiden. Er zullen altijd meer sociale assistenten, lekenverpleegsters of christelijke leerkrachten van het staatsonderwijs zijn, maar ondertussen zal deze misleidende prediking mensen van het traditionele pad van zelfverloochening en zelfgave hebben weggevoerd. Als men God toch op die manier vindt en tegelijkertijd zijn onafhankelijkheid, zijn salaris, zijn elegantie en zijn mondaine leven kan behouden, wie zou er dan nog alles opofferen om naar het klooster te gaan?
Over heel het platteland organiseert men feesten met als thema «brood, liefde en fantasie», maar wie zal er nog preken over dat Andere Brood, die Andere Liefde – zonder fantasie helaas – die enkel geschonken worden door de Andere en Echte Vreugde? «De dag van het Land» mobiliseert priesters en christenen; men draagt er de mis op, maar wat is dit Land dat men wil vieren? De aloude Sacramentsdag en het moderne feest van het Land behoren tot twee verschillende werelden. Men zegt dat men ze met elkaar moet verzoenen. In theorie kan je alles samenvoegen, maar in de ruimte van een arm mensenhart en een geschapen geest is de vermenging niet goed en zal zij altijd ten koste van het bovennatuurlijke gaan.
Je kan een massa voorbeelden geven. De Kerk, die zo goed is aangepast aan haar bovennatuurlijke missie, bevindt zich in een gewelddadige toestand wanneer men haar meesleurt in de zoektocht naar hersenschimmen van een mensheid die wanhopig gehecht is aan het aardse. Het is hoog tijd om te kiezen, of anders zal de Kerk opgeofferd worden aan de bouw van de toren van Babel.
abbé Georges de Nantes
Brieven aan mijn vrienden nr. 88, juni 1961