101. Het relationisme als
fundament voor de ecologie
De huidige sociale leer van de Kerk is gebaseerd op het personalisme van de Franse filosoof Jacques Maritain (1882-1973) en probeert de politieke, sociale en economische instellingen die voortkomen uit de Franse Revolutie te kerstenen. De relationele metafysica daarentegen vat het individu op als een schepsel dat God in het leven roept om te beantwoorden aan een roeping binnen de wereld. God maakt ons tot kind van die bepaalde vader en moeder, leden van het menselijk geslacht, in de schoot van die bepaalde gemeenschap, van dat bepaald land, met als opdracht de erfenis van het voorgeslacht in ontvangst te nemen, te bewaren en door te geven.
Aan het bestaan van elke persoon gaat dus de familie vooraf. Deze overstijgt het enge kader van het kerngezin, zo dierbaar aan de personalisten. Het is de uitgebreide familie met heel haar erfenis aan ervaringen, traditie en beschaving. In tegenstelling tot het jonge dier dat gedreven wordt door instincten heeft de kleine mens, die totaal hulpeloos is, nood aan een beschermende en opvoedende omgeving. Bovendien is het merendeel van de ons aangeboren karaktertrekken overgeërfd; zij ook zijn een familiale erfenis, voor het goede zowel als voor het kwade.
De falangist stelt dus als beginsel dat de familie de basis is van het broederlijk samenleven en dat het familiaal welzijn, fundament van het sociaal geluk, een specifiek goed is, onderscheiden van het eeuwig heil van de personen, van de nationale veiligheid, van het individueel belang evenals van elk collectief - of staatsbelang.
Als katholiek werkt de falangist aan zijn persoonlijk heil en aan dat van zijn naaste. Het geopenbaarde dogma en de moraal zijn de wetenschap en de kunst van het eeuwig leven waarvan de Kerk het middel is, de door de Voorzienigheid gewilde omgeving en het uiteindelijk doel van ons gemeenschappelijk geluk in de heerlijkheid. De heiligen zijn in die godsdienstige arbeid zijn voorbeelden.
Als onderdaan stelt de falangist zich ten dienste van zijn land. De wetenschap en de kunst van de politiek hebben de vreedzame tijdelijke orde en het bewaren van het algemeen welzijn op het oog die de diepe wens zijn van elke natie. De helden van de nationale geschiedenis geven hem het voorbeeld van deze toewijding.
Maar als lid van een familie waaraan hij alles verschuldigd is, wijdt de falangist zich spontaan en dagelijks aan de voorspoed van die familie, zowel materieel als geestelijk, waarin het lot van ieder afzonderlijk afhangt van allen. Dat is het voorwerp van de ecologie van de gemeenschap.