1STE JUNI 2014
Meditatie over de Hemelvaart van de Heer
MIJN God, mijn hart is vol vreugde wanneer ik U op deze Hemelvaartochtend aanbid. Mochten de Maagd Maria, Sint-Jozef, de HH. Petrus en Paulus, alle heiligen die ik bemin en die mij beminnen, mij blijdschap schenken en vrede voor mijn ziel, en de deelname aan uw Verrijzenis en uw Hemelvaart, Jezus, tot glorie van de Vader.
Vandaag wordt de geschapen wereld tot God opgeheven. Ik zie Christus op de Olijfberg die zijn apostelen zegent en naar de Hemel gaat. Daar heeft een fysiek mysterie plaats: de zwaartekracht wordt overwonnen. Vandaag wil ik blij zijn om deze lichtheid van de Heer Jezus en beseffen dat mijn leven zich in de Hemel afspeelt en niet op de aarde. Ja, mocht de vreugde van dit goede nieuws mijn verlangen en mijn vaste wil tot een grotere zuiverheid en soberheid nieuw leven inblazen en me ertoe brengen nee te zeggen tegen de aardse dingen.
Dit is het mysterie van Jezus die naar de Hemel opstijgt: Jezus neemt in zijn unieke goddelijke Persoon zijn heilige mensheid mee. Zo geeft Hij aan de schepping voor het eerst haar hemels kleed. Christus is meer van de Hemel dan van de aarde. De krachten van beneden zijn overwonnen, de goddelijke krachten halen het moeiteloos. Ik aanbid u met grote vreugde, Jezus.
Buitengewone zuiverheid, uiterste transparantie van Jezus, hemels wezen, absoluut onvergelijkbaar, onmogelijk nog ergens anders te vinden, tenzij op een gelijkaardige maar niet identieke manier in de Maagd Maria die ten Hemel werd opgenomen. Ik hou in uw heilige mensheid van uw Lichaam en uw Bloed, omwille van het licht dat het bewoont, omwille van de zuiverheid en de spiritualiteit waaruit een onvergelijkbare schoonheid straalt. Het mysterie van de Hemelvaart vult mijn ziel met vreugde en liefde omwille van u, Jezus. Een heel pure vreugde, die de liturgie vandaag doordringt.
Laten wij verrijzen met Jezus Christus en met Hem leven aan de rechterhand van de Vader in de Hemel, want dat is de echte vreugde, zegt Sint-Paulus. Tijdens deze meditatie zal ik proberen de begonnen hemelvaart van alle wezens die me omringen te voorvoelen. Ik zal in hen de genade als een hemelse kracht kennen: tegenhanger van hun gewicht en hun bestemming om die uiteindelijk te overwinnen. Ik zal zo begrijpen hoe de Kerk betrokken is in het mysterie van de Hemelvaart.
Ik zal u zien terwijl u naar de Hemel gaat, Jezus, maar achter u trekt u de massa zielen mee omhoog die gevangen zijn door uw liefde, uw genade, uw schoonheid, uw zuiverheid. Zo zal mijn contemplatie mijn liefde hernieuwen en ze uitbreiden naar alles wat vanaf nu deelneemt aan uw Hemelvaart. Ik bewonder en bemin vandaag eindeloos alles wat al zuiver is, gracieus, overweldigd door uw heiligheid. Alles wat al op een of andere manier niet langer van de aarde is, maar van de Hemel.
Ik wil mijn meditatie besluiten met drie woordjes.
Het eerste spreek ik tot u, Heilige Maagd Maria, toevlucht van de zondaars, Moeder van barmhartigheid, en ik zeg u: "Kijk hoe ik nog steeds gevangen word gehouden door mijn lichaam en hoe u aan uw Zoon moet vragen de ketens te breken die me neergedrukt houden.'' Ik heb een groot elan van bewondering en liefde tot u, die al verrezen zijt. Ave Maria, gratia plena ... Maria vol van genade, helemaal heilig, onbevlekt ...
Mijn tweede woordje is gericht aan u, Jezus, die naar de Hemel bent gevaren, om u te vragen een deeltje te mogen ontvangen van uw hemelse energie. Ik wil het voornemen maken om te vechten tegen het vlees en de drie belangrijkste ondeugden ervan: de luiheid, de gulzigheid en de wellust. Ik ben vol bewondering en liefde voor u, Jezus, en ik verlang naar zuiverheid, naar heiligheid. Ziel van Christus, heilig mij; lichaam van Christus, red mij; bloed van Christus, maak mij dronken...
Ten derde wil ik tot Onze Vader in de Hemel spreken. Ik vraag Hem zijn genaden in ons te verspreiden, want zonder die genaden kunnen wij niets. Met de bedoeling dat wij allemaal zouden meegaan in deze beweging van de Hemelvaart die onze diepste roeping is, zodat zijn Naam zou geheiligd worden, zijn Koninkrijk zou komen, zijn Wil zou geschieden op aarde zoals in de Hemel: Pater noster...
Ik maak het vaste voornemen om al deze mooie gedachten uit te voeren.
abbé Georges de Nantes
meditatie van 4 mei 1978