11 APRIL 2021
De vreugde van de Kerk
om de Verrijzenis van haar Redder
VANDAAG wil ik met jullie de vreugde van de Kerk delen om de Verrijzenis. De Verrijzenis is een feit. Jezus leeft. Hij verschijnt aan de apostelen, stelt hen gerust met de woorden die ze van Hem gewoon zijn: «Vrede zij met u.» De apostelen zien het met eigen ogen. Ze kunnen er niet aan twijfelen dat dit echt gebeurt, maar durven hun ogen en oren niet geloven. En toch staat Hij daar vóór hen, met zijn doorboorde voeten en handen. Sint-Thomas is afwezig en wanneer hij terugkeert, gelooft hij de anderen niet. De hele scène is uitermate levendig: het zijn geen verzonnen verhaaltjes. Kenners weten dat er teveel elementen zijn om de betrouwbaarheid van het relaas in twijfel te trekken. Maar Sint-Thomas gelooft dus niet.
Toen Jezus aan zijn leerlingen verscheen, hebben de apostelen Hem zeker aanbeden. Ze konden niet anders: Hij was in hun midden! Maar zodra Jezus verdwenen was, staken twijfels de kop op: hebben we Hem echt gezien? Hebben we het ons niet ingebeeld? En toen Thomas het gezelschap vervoegde, vertelden ze hem dat ze Jezus gezien hadden, maar ze klonken niet echt overtuigd. En een week later was Thomas nog altijd niet van gedacht veranderd.
En dan verschijnt Jezus weer. Onmiddellijk gaat Hij naar de ongelovige Thomas: «Kom hier met uw vinger en bezie mijn handen. Steek uw hand uit en leg die in mijn zijde en wees niet langer ongelovig, maar gelovig.» Meteen daarop antwoordt Thomas met de sublieme woorden die wij christenen graag herhalen op het moment van de consecratie: «Mijn Heer en mijn God!»
Op dat moment begrijpen wij met de apostelen dat Jezus erbij was toen Thomas tegenwierp: «Als ik niet in zijn handen het teken van de nagelen zie, en mijn vinger in de plaats van de nagelen kan steken, en mijn hand in zijn zijde leggen, zal ik het niet geloven.» Hij leek te zijn verdwenen, maar was wel degelijk in hun midden.
Door dit komen en gaan dat zich nog verschillende keren zal herhalen leert de verrezen Jezus zijn apostelen dat Hij altijd aanwezig is en onder hen leeft. Zij waren de getuigen van zijn Verrijzenis en zij moesten weten, om het daarna te kunnen doorgeven aan hun bekeerlingen, dat Christus altijd aanwezig zou zijn in zijn Kerk, zij het in schijnbare afwezigheid.
En dat is waarom wij christenen leven in vreugde en in vrede, wat ons ook overkomt. Wij weten namelijk dat Jezus, onze God, en Onze-Lieve-Vrouw, zijn en onze moeder, ons zien en onze gebeden horen. Als Jezus nu hier in onze kapel zichtbaar zou verschijnen, zou het me niet eens verbazen. Want Ik wéét dat Hij hier aanwezig is en naar ons luistert, omdat Hij heeft gezegd: «Waar er twee of drie verzameld zijn in mijn Naam, daar ben ook Ik onder hen aanwezig.»
Wij hebben Hem bij ons in het tabernakel, met zijn Lichaam en Bloed, Ziel en Godheid, zoals de boodschap van Fatima ons terecht in herinnering brengt. Hij leeft dus onder ons. Dat kan toch niet anders dan ons waarachtig gelukkig maken?
Waarom zien we Jezus liever dan wat ook ter wereld? Omdat Hij de enige is die zijn leven voor ons heeft gegeven.
Jezus’ Verrijzenis wordt bewezen door de Evangelies, het geloof van de apostelen (die het eerst verloren hadden), Jezus’ voorspellingen tijdens zijn openbare leven en natuurlijk door het ultieme bewijsstuk: de Heilige Lijkwade. Dit linnen doek dat de Kerk al die eeuwen bewaard en vereerd heeft, dat gekleurd is met menselijk bloed en dat de afdruk weergeeft van Jezus’ lichaam, als het ware gefotografeerd op het moment dat Jezus tot leven komt, hebben wij in ons bezit. Wij kunnen het bestuderen, analyseren en wetenschappelijk verifiëren. Wij christenen hebben de wereld wel degelijk iets te vertellen en we kunnen de mensen hun Redder laten zien met onomstotelijk wetenschappelijk bewijs.
Toen Ons-Lieve-Vrouwke in 1917 in Fatima verscheen, verrichtte zij het grootste wonder in de geschiedenis van de kosmos door de zon te laten dansen. Jezus die verrijst en Maria die de zon laat dansen: met deze twee mirakels baden wij letterlijk in de waarheid. Wij hebben alles in handen gekregen om onze redding te bekomen.
Ons katholiek, apostolisch en Rooms geloof is steviger en waarachtiger dan welke andere religie ook. Sinds het Concilie worden alle godsdiensten op voet van gelijkheid geplaatst, maar men beseft niet dat dit een belediging is voor God en zijn H. Moeder en dat de wereld voor deze belediging gestraft zal worden.
Alleen zij die de H. Lijkwade en Onze-Lieve-Vrouw van Fatima toegewijd zijn, zullen overeind blijven wanneer deze straffen over ons zullen komen. Wanneer ik bij onze gelovige gezinnen in huis kom en ik zie een foto van de H. Lijkwade en een beeldje van Onze-Lieve-Vrouw van Fatima, dan ben ik gerust en gelukkig. Dan weet ik, zeker als jullie samen in het gezin het rozenhoedje bidden, dat jullie alle mogelijke beproevingen zullen doorstaan.
Zelfs als iedereen ons verlaat, dan staan we aan de kant van Jezus Christus, aan de kant van de H. Maagd. We geloven rotsvast in de waarheid van ons heilige geloof. De almachtige en goede God weet hoe Hij ons naar zich toe moet leiden zodat we samen, in zijn aanwezigheid, een eeuwig en gezegend leven kunnen leiden.
abbé Georges de Nantes
uittreksels uit de preek van 23 april 1995