44. Naar een nieuwe christenheid
in het teken van Fatima
De falangist is ervan overtuigd dat de tijd nabij is waarin we de definitieve mislukking van de macht van de Antichrist zullen zien en de val van zijn rationalistische en revolutionaire Tegenkerk. Te midden van welke catastrofes en tegen welke prijs die gigantische ineenstorting zal plaatsvinden, dat weet alleen God. De leerling van Christus leert van Hem dat hij zich niet van de wijs mag laten brengen en in vertrouwen moet wachten op de komst van een nieuwe christenheid, volgend op de beloofde triomf van het Onbevlekt Hart van Maria, of beter nog: de komst van een nieuw tijdperk van de christenheid die wereldwijd zal zegevieren over al haar vijanden.
1. Na de inname van het joodse Jeruzalem (70) en de val van het heidense Rome (476) kreeg geleidelijk aan een eerste christenheid gestalte, in het Oosten en in het Westen, die duizend jaar duurde. Die zgn. “middeleeuwse” christenheid betekende de schitterende triomf van het christelijk geloof en van de evangelische orde en beschaving over het barbarendom. Na de afscheuring van het schismatieke Oosten en de val van Constantinopel (1453) enerzijds en de vreselijke verminking teweeggebracht door de protestantse Hervorming (1517) anderzijds, behield de Kerk van de renaissance en de Contrareformatie het katholiek geloof; ze verspreidde het over de wereld, samen met de discipline van de Roomse Kerk: met krachtdadigheid tegen de ontketende vijanden van Christus, met een onvergelijkelijke verleidingskracht ten aanzien van de heidense volkeren die onweerstaanbaar aangetrokken werden tot haar licht.
2. In de moderne tijd echter ontwikkelt het mysterie van de ongerechtigheid zich op een agressieve manier binnen de christenheid zelf. Het is in haar meest getrouwe centrum, in de Latijnse wereld zelf, dat ketterij en tweedracht de kop opsteken, dat de revolutie tegen het katholiek geloof en heel de menselijke orde uitbreekt.
De H. Pius X ging energiek in tegen de hoogmoed van de hervormers en schreef: « In deze tijden van sociale en intellectuele anarchie, waarin iedereen zich leraar en wetgever waant, zal men toch de Stad niet anders bouwen dan God ze heeft gebouwd; men zal geen samenleving opbouwen als de Kerk er niet de fundamenten van legt en er de werkzaamheden niet van leidt; neen, de beschaving moet niet opnieuw uitgevonden worden en de nieuwe Stad moet niet opgericht worden in de wolken. Ze is al gebouwd, ze bestaat: het is de christelijke beschaving, de katholieke Stad. Het komt er alleen op aan haar onophoudelijk te vernieuwen op haar natuurlijke en goddelijke grondvesten tegen de niet aflatende aanvallen van ongezonde utopieën, van rebellie en goddeloosheid: Omnia instaurare in Christo » (Brief over de Sillon, nr. 11).
Alles moet vernieuwd worden in Christus en door het Onbevlekt Hart van zijn Moeder Middelares.
3. De hedendaagse wereld wordt geregeerd door dwaze, catastrofale en onmenselijke ideologieën en praktijken, maar hun einde is nabij. De miljarden menselijke wezens die de aarde bewonen, zullen meemaken hoe de machten van deze wereld ineenstorten en zullen bevrijd worden van het juk van Satan. Ontgoocheld door de valse dogma’s van het materialistisch en atheïstisch humanisme van Oost en West zullen zij hun blik wenden naar haar van wie zij het Onbevlekt Hart doorboord hebben, om er hun verlossing en die van heel de wereld uit te putten.