HOPEN TEGEN ALLE HOOP IN

La Santissima Bambina, de H. Maagd Maria als pasgeboren baby. Kopie in de kapel van het Maison Saint-Joseph van een wassen beeld vervaardigd in de 17de eeuw en bewaard in Milaan.

EEN « FAIT DIVERS »

Ihet Franse regionale dagblad L’Est républicain kon men op 17 november 2017 volgende feiten lezen in de rubriek « fait divers » :

« Islamisten dringen binnen in de karmel van Verdun. “ Ze zijn binnengedrongen, een zuster heeft hen ontvangen en ze heeft met hen gediscus­sieerd ”, aldus Mgr. Gusching, bisschop van Verdun, die maandag ll. een bezoek heeft gebracht aan de religieuze gemeenschap in zijn bisdom die tien zusters sterk is. De karmelietessen waren nog ondersteboven door wat hen overkomen is op vrijdag 10 november rond 17 uur.

« Op het moment dat de vespers begonnen, kwamen twee individuen binnen in de karmel van Verdun. Ze waren ongeveer dertig jaar oud, droegen een baard en waren normaal gekleed. Ze discussieerden met de zuster bij het onthaal, die hen zei dat de vesperdienst net zou beginnen. “ Ze vroegen haar of ze de kapel mochten binnengaan ”, vervolgt de bisschop. “ Ze heeft ja gezegd. ”

« Eenmaal in de kapel “ baden ze in het Arabisch tijdens de vespers ”, onderstreept Mgr. Gusching. “ Ze stelden zich voor als verkondigers en zeiden tegen de zusters : Als jullie zich niet bekeren, gaan jullie naar de hel ! ” »

« Bij het buitengaan schreef een van de moslims in het gulden boek van de kerk de woorden Allah Akbar. Daarna bedankten ze de zuster voor haar onthaal. »

De priestermoord in Saint-Étienne-du-Rouvray, op 26 juli 2016, zit bij iedereen uiteraard nog vers in het geheugen. Maar Mgr. Gusching heeft de nodige maatregelen genomen : « Ik heb de zusters gezegd van niet bang te zijn, maar wel waakzaam. Ook moet er iemand aan de deur van de kapel staan om de binnenkomers te filteren. » Een tachtigjarige zuster misschien ?

Is dat alles wat een katholieke bisschop als reactie heeft op het agressief proselitisme van de islam ?

DE WOLVEN ZIJN ONDER ONS

Volgens het Franse ministerie van Binnenlandse Zaken zijn er sinds de overwinning van Assad in de Syrische oorlog – “ burgeroorlog ” is een opzettelijk misleidende term – al 320 jihadisten in Frankrijk teruggekeerd : 178 mannen, 66 vrouwen en 58 minderjarigen. Van dat aantal zitten er 134 achter de tralies. En de anderen ? Die houden zich ergens in het land op, zonder twijfel om een moordpartij voor te bereiden in de aard van de slachting die in november vorig jaar in de Sinaï het leven heeft gekost aan 325 mensen.

De Al-Rawdahmoskee in het noorden van het schiereiland werd hoofdzakelijk bezocht door soefi ’s. Het soefisme, onder meer bekend van de dansende derwisjen, geldt als een “ mystieke ” stroming binnen de islam en wordt door de soennieten beschouwd als een ketterij. De aanslag maakt duidelijk dat ook de “ gematigde ” moslims veroordeeld zijn om mee te doen met de “ heilige oorlog ” of anders van de aardbodem te verdwijnen. Net als wij.

Meer dan veertigduizend rekruten uit het buitenland hebben meegedaan met de strijd van Islamitische Staat in Syrië en Irak. Na de val van IS hebben ze zich verplaatst naar andere strijdtonelen : Afghanistan, Libië, Jemen, Centraal-Azië. En Europa.

Velen van hen hebben op het terrein vaardigheden opgedaan : « Ze kunnen aanslagen opzetten die veel gesofisticeerder zijn dan het inrijden met een voertuig op een mensenmassa », zegt Dr. Francesco Marone, onderzoeker aan het Instituut voor studies in internationale politiek (Milaan) en lid van het Internationaal Centrum voor Contraterrorisme (Den Haag). « Zelfs in het geval dat de teruggekeerde IS-strijders niet persoonlijk een aanslag plegen, zijn ze over het algemeen erg charismatisch [sic] en worden ze beschouwd als veteranen : ze kunnen een boodschap overbrengen over de utopie van het kalifaat, dat ze meegemaakt hebben, aan hen die niet in die mogelijkheid waren. »

Wat doen onze politici tegen die dreiging ?

Nemen we de Franse president Emmanuel Macron. Hij benadert de islam niet als een probleem, maar als « een cultureel feit » dat ons niet al te ongerust mag maken. En dat men moet onderscheiden van het terrorisme. Overigens « kan men niet voorwenden op een efficiënte manier tegen het terrorisme te strijden als men niet overtuigd actie voert tegen de klimaatopwarming », aldus de president in juli vorig jaar op de G20. « De grote onevenwichten van onze wereld die wij nu beleven, zijn verbonden met het klimatologisch onevenwicht dat onze internationale productieve wereld veroorzaakt heeft. » U leest het goed ! Blijkbaar moeten wij de oorlog tegen het terrorisme voeren met zonnepanelen en windmolens !

DEKOLONISATIE EN SLAVERNIJ IN LIBIË

Al jarenlang woedt er onder onze ogen op de Middellandse Zee een mensenhandel op grote schaal. Duizenden mannen, vrouwen en kinderen verdwijnen daarbij voorgoed in het water. De reportage van CNN over de verkoop van zwarte Afrikaanse migranten op een slavenmarkt in Libië openbaart heel de « satanische diepte » (Ap 2, 24) van onze “ mondiale ” en “ interreligieuze ” maatschappij. Het was fout om Kadhafi omver te werpen. En het was vooral fout om de Italiaanse kolonisatoren te verjagen.

« Kadhafi was heel zeker een uiterst wrede tiran. Maar voor ons had hij vier voordelige kenmerken. Vooreerst had hij uit zichzelf afgezien van zijn nucleair programma en aan de Britse geheime diensten de handel in verrijkt uranium verklapt waarmee het netwerk van Abdul Qadir Khan – de vader van de Pakistaanse atoombom – bezig was. Ten tweede maakte hij onvermoeibaar jacht op islamisten. Verder werkte hij volledig samen met de Europese Unie in de strijd tegen de mensensmokkelaars ; in zijn tijd was het Libisch grondgebied volledig afgesloten voor migranten. Tenslotte was Kadhafi ertoe gekomen om uitstekende relaties aan te knopen met de Franstalige Sahellanden, de bondgenoten van Frankrijk.

« Vandaag is Libië een groot nest van jihadisten, dat het hele Sahelgebied destabiliseert en bovendien zijn buurlanden Tunesië en Egypte. Verder is Libië veranderd in de draaischijf van de mensenhandel vanuit zwart Afrika en is de slavernij er weer op het toneel verschenen » (Le Figaro van 5 december 2017).

Op datzelfde moment klaagt Macron in Ouagadougou, de hoofdstad van Burkina Faso, « de onweerlegbare misdrijven van de Europese kolonisatie » aan (28 november). Ligt daar nochtans niet de oplossing ? Didier Leschi, directeur van het Office Français de l'Immigration et de l'Intégration (OFII), verklaarde op de top EU-Afrika dat er moet gestreefd worden naar « het begeleiden van de migranten in hun land van oorsprong en het voorzien van economische vooruitzichten » – wat precies de definitie zelf van de kolonisatie is !

POETIN, VREDESTICHTER

In november 2017 ontving Vladimir Poetin in Sotsji, aan de Zwarte Zee, president Erdogan van Turkije en het Iraanse staatshoofd Rohani. De topbijeenkomst over het einde van de oorlog in Syrië « was een van de meest stoutmoedige diplomatieke initiatieven van Rusland in de voorbije decennia » (The Guardian, 22 november). De VS en de Europese Unie moesten aan de zijlijn toekijken.

Het vredesoverleg volgde op de ineenstorting van de Syrische oppositie tegen Assad en de militaire nederlaag van Islamitische Staat in alle belangrijke steden die het in zijn greep had. De zesjarige oorlog in Syrië is voorbij, dankzij de efficiënte interventie van Moskou en ondanks de kuiperijen en het dubbele spel van Washington.

De drie nieuwe “ peters ” van Syrië zoeken steeds meer toenadering tot elkaar en stemmen hun acties op elkaar af. Dat betekent niet dat de goede verstandhouding tussen Moskou, Ankara en Teheran automatisch langdurige vrede garandeert. Turkije is al ongerust over de mogelijke diplomatieke steun van de Russen aan de Koerden, van wie de milities een deel van het noorden van Syrië controleren. Voor Erdogan gaat het om « terroristische groepen ».

Bovendien is aan de binnenlandse tegenstanders van Assad nog niet volledig het zwijgen opgelegd. Aangemoedigd door de VS sturen zij allerlei afgezanten naar Saoedi-Arabië met de bedoeling de violen te stemmen met hun broodheren, in voorbereiding van de besprekingen in Genève.

De enige echte verdediger van de Oosterse christenen is Vladimir Poetin, in afwachting dat onze paus zijn plicht doet en Rusland toewijdt aan het Onbevlekt Hart van Maria om de kop van het islamitisch Serpent te verpletteren. Er bestaan talrijke “ humanitaire ” initiatieven om de vervolgde christenheid in Syrië ter hulp te komen, bv. het zenden van kerstpakketten, maar de conditio sine qua non opdat die hulp ter plekke zou aankomen is de steun aan Bashar al-Assad.

In eigen land staat Poetin sterker dan ooit. Wat een verschil met Donald Trump, president van een land dat hopeloos verdeeld is door de onderlinge wedijver tussen de twee grote politieke partijen en mikpunt van de meest hatelijke kritiek door de liberale media !

ONMOGELIJKE « VERZOENING »

Tijdens zijn reis naar Myanmar, het vroegere Birma, richtte paus Franciscus zich tot de boeddhistische monniken die hem ontvingen in de pagode van Kaba Aye in Rangoon. « Hij trok een parallel tussen Boeddha en Sint-Franciscus van Assisi door te zeggen : “ Schakel de woede uit. Wanneer er geen woede meer is, overwin dan wie slecht is met goedheid, maak de vrek machteloos met vrijgevigheid, versla de leugenaar met de waarheid. ” Hij citeerde uit de Dhammapada, een oude boeddhistische tekst, die hij naast het gebed van de Poverello legde : “ Heer, maak van mij een werktuig van uw vrede. Zorg dat ik liefde breng waar haat heerst, vergeving waar belediging is ” » (La Croix, 30 november 2017).

Het woord « Rohingya » mocht door de paus in geen geval uitgesproken worden. Wie zijn eigenlijk die Rohingya ?

Het gaat om migranten die Birma binnengevallen zijn in de loop van de 19de eeuw omdat ze verdreven werden uit Bengalen door de Britten. Die laatsten beschouwden de Rohingya als een zeer gevaarlijke en roofzuchtige religieuze minderheid en kleefden er het etiket criminal tribe (misdadige stam) op. Sinds hun aankomst in Birma, bijna twee eeuwen geleden dus, leven de Rohingya als een gesloten gemeenschap ; ze weigeren zich te integreren en verwerpen de Birmaanse tradities, cultuur en levenswijze, terwijl ze anderzijds wel alle voordelen van het Birmaans burgerschap opeisen.

DE « SANTISSIMA BAMBINA »

In de 17de eeuw gaf Eerwaarde Heer Jean-­Jacques Olier, stichter van een priestergezelschap dat luisterde naar de naam van Les Messieurs de Saint-Sulpice, aan een boetelinge de opdracht om de Maagd Maria te tekenen als pasgeborene. Die tekening kwam op een of andere manier terecht bij de franciscanessen van Todi in Italië. De overste van het klooster, moeder Isabella Chiara Fornari, vervaardigde op basis van de tekening een heel mooi wassen beeld van Onze-Lieve-Vrouw als kleine baby.

De devotie nam onmiddellijk een pijlsnelle vlucht : alle kloosters wilden een dergelijk beeld bezitten en men vervaardigde talrijke kopieën. De kapucinessen van Milaan waren daar echter niet tevreden mee ; ze wilden het originele beeld... en verkregen dat ook ! Toen de bisschop het hen bracht in 1739, stroomden de Milanezen toe aan de voeten van La Madonnina.

Later verhuisde het beeld naar het klooster van de zusters van Liefde in dezelfde stad. In 1884 werd de genezing van een jonge novice verkregen door de tussenkomst van de Santissima Bambina, wat het begin was van een hele reeks mirakels.

De vrijmetselarij startte meteen een lastercampagne en stelde de feiten op een karikaturale wijze voor. De Corriere della sera beweerde dat de burgerlijke gezagsdragers het recht hadden om « dergelijke bijgelovige praktijken » te verbieden ; andere journalisten schreven dat de kloosters veel nauwlettender in de gaten moesten gehouden worden. De logebroeders kregen echter lik op stuk van de katholieke pers, die de verdediging opnam van de vurige aanhangers van de “ Kleine Maria ”.

Al gauw noemden de inwoners van Milaan de zusters van Liefde « zusters van Maria Bambina ». In 1885 wijdde de communauteit zich aan haar toe door een symbolische daad. In tegenwoordigheid van de bisschop bood de overste aan de Kleine Maria drie zilveren sleutels aan : de sleutel van de harten, die van de genaden en die van het Paradijs.

Toen het islamisme zich in het begin van onze 21ste eeuw over de hele wereld begon te verspreiden en Islamitische Staat de oorlog verklaarde aan de rest van de mensheid, kwamen de Rohingya in het zuiden van Myanmar in opstand. Ze vernielden varkenskwekerijen en restaurants die varkensvlees serveerden en ze wilden de sharia en hun eigen gebruiken opleggen aan de meerderheid van de bevolking die boeddhistisch is.

In 2013 stichtte een zekere Ata Ullah, een moslimextremist opgeleid in Saoedi-Arabië – altijd weer Saoedi-Arabië... – in Myanmar de islamistische terreurgroep Harakah al-Yakin. De volgelingen van deze groep hielden zich bezig met het op gewelddadige wijze dwingen van “ lauwe ” Rohingya tot moskeebezoek en het trainen van militanten over de grens in Bangladesj. In het najaar van 2016 volgden meerdere bloedige overvallen op Myanmarese grensposten. Vorig jaar nam het geweld, uitgelokt door het islamistisch terrorisme, nog toe. « Er wordt aangenomen dat de dodelijke aanvallen in de staat Rakhine waartoe Ata Ullah opdracht gaf aan de basis liggen van het brutaal tegenoffensief door de veiligheidstroepen van Myanmar » (The Japan Times online, 24 september 2017).

Inderdaad namen de autoriteiten de beslissing om een deel van de onhandelbare minderheid te verdrijven naar hun land van oorsprong, Bangladesj. Meer dan tweehonderdduizend clandestiene Rohingya (in het totaal telt het volk 3 miljoen zielen) werden buitengezet.

Zoals te verwachten was noemden alle moslimlanden ter wereld deze antiterroristische campagne vol verontwaardiging een volkerenmoord. De internationale islamitische organisaties namen het voortouw en onze weinig kritische westerse pers volgde gedwee.

Wat kan een bezoek van de paus aan zo’n situatie veranderen ? Niets. Het enige antwoord is de almacht van het Onbevlekt Hart van Maria, waarvan God de eredienst in de hele wereld wil instellen voor het heil van allen : Joden en moslims, boeddhisten en Rohingya, katholieken, orthodoxen en protestanten. Het instrument van Onze-Lieve-Vrouw zal niet de UNO zijn, maar Rusland, toegewijd aan haar Onbevlekt Hart door paus Franciscus en alle bisschoppen in vereniging met hem. We moeten veel blijven bidden voor de H. Vader !

DE ROZENKRANS ALS MACHTIG WAPEN

Op zaterdag 7 oktober 2017 trokken honderdduizenden Polen naar de grenzen van hun land om daar een lange menselijke ketting te vormen. Zij baden er de rozenkrans « voor de redding van Polen en de wereld ».

De officiële website van het gebeuren legde de actie uit : « De rozenkrans is een machtig wapen in de strijd tegen het kwaad. Daarom geloven wij dat, als de rozenkrans door een miljoen Polen wordt gebeden aan de grenzen van ons land, dit niet alleen de loop van de gebeurtenissen kan veranderen, maar ook de harten van onze landgenoten kan openen voor de genade van God. »

Het initiatief droeg de goedkeuring weg van de Poolse katholieke hiërarchie. De woordvoerder van de bisschoppenconferentie onderstreepte dat de gebedsactie een van de grootste godsdienstige gebeurtenissen was die ooit in Europa hebben plaatsgevonden.

De keuze voor de datum, aldus nog de website, werd ingegeven door drie redenen. Ten eerste viert de Kerk op 7 oktober het feest van Onze-Lieve-Vrouw van de Rozenkrans, dat de christelijke overwinning over de islamstrijders in de zeeslag van Lepanto (1571) herdenkt. Ten tweede ging het om de eerste zaterdag van de maand en kaderde het initiatief dus in de devotie tot de H. Maagd van Fatima. En tenslotte vierden we in 2017 het eeuwfeest van de verschijningen van de Moeder Gods in het Portugese genadeoord.

« We willen in het bijzonder boete doen voor alle godslasteringen en beledigingen het Onbevlekt Hart van Maria aangedaan. We willen de Moeder van God om haar tussenkomst smeken voor de redding van Polen en de wereld. »

De organisatoren én de deelnemers staken niet onder stoelen of banken dat de gebedsactie heel concreet ook gericht was tegen de oprukkende secularisering en tegen de verspreiding van de islam in het Oost-Europese land. Een katholieke activist formuleerde het als volgt : « Polen is in gevaar. We moeten onze gezinnen, onze huizen, ons land beschermen tegen allerlei bedreigingen, waaronder de ontkerstening van onze samenleving die de liberalen van de Europese Unie ons willen opleggen. »

Tweeëntwintig grensbisdommen namen deel aan het evenement. Hun gelovigen woonden in de kerk eerst de H. Mis bij vooraleer ze naar de grens reisden om de rozenkrans te bidden. Er werd ook gebeden in de kapellen van verschillende internationale luchthavens.

De Poolse eerste minister Beata Szydło, een overtuigd katholiek gelovige en moeder van een onlangs gewijde priester, gaf uitdrukkelijk haar steun aan « Różaniec do granic » (“ Rozenkrans aan de grenzen ”).

Als onze media al over het evenement spraken, dan was het natuurlijk op een vijandige manier : « De oproep vond veel gehoor in Polen, dat alsmaar rechtser wordt » (De Standaard van 8 oktober 2017). Geen wonder dat Juncker en de zijnen Polen het liefst van al onder curatele zouden plaatsen, als een “ besmette ” lidstaat.

broeder Bruno van Jezus-Maria
& redactie KCR
Hij is verrezen ! nr. 91, januari-februari 2018