4 oktober 2020
De parabel van de moordzuchtige wijnbouwers,
nog steeds actueel!
In zijn parabels heeft Jezus op voorhand de gebeurtenissen van zijn Lijden en dood aan het Kruis aangekondigd. Hierbij ontmaskerde Hij de geheime gedachten van de Farizeeën die Hem niet wilden erkennen als Zoon van God en Redder van de wereld. De parabel van de moordzuchtige wijnbouwers is hiervan een indrukwekkend bewijs omdat hij tegelijk een allegorie is van wat zich afgespeeld heeft ten tijde van de profeten uit het Oude Testament en een aankondiging van Jezus’ Lijden. We zullen ook zien hoe deze parabel vandaag buitengewoon actueel blijft.
Wanneer Christus vertelt dat de landeigenaar een voor een zijn dienaren naar de wijnbouwers stuurt aan wie hij zijn wijngaard toevertrouwd heeft, dan spreekt dat tot ons over de verschijningen van de H. Maagd Maria in de 19de eeuw.
Sinds de Franse Revolutie is de H. Maagd Maria, door Christus gezonden, onophoudelijk verschenen: in de rue du Bac in Parijs, in La Salette, Lourdes, Pontmain en dan in Fatima. De parabel van de moordzuchtige wijnbouwers maakt een allusie op de opeenvolging van profeten die van geslacht tot geslacht gekomen zijn om het joodse volk te vermanen, te berispen en te veroordelen voor zijn hoogmoed, zijn weigering de boodschap van God te ontvangen, zijn ontrouw. Altijd opnieuw hebben de moordzuchtige wijnbouwers de dienaren slecht behandeld, gemarteld en gedood. Dan is de Zoon van God gekomen en Jezus kondigt hen profetisch aan dat ze Hem in hun hoogmoed en verblinding zullen kruisigen.
De situatie doet zich vandaag opnieuw voor, nadat eeuw na eeuw priesters, kloosterlingen, kerkvaders zich verzet hebben tegen elke ketterij en ze uitgeroeid hebben. Maar heden ten dage is de ketterij terug sterker en verveelvoudigt ze de vervolgingen tegen de God gewijde mensen. Jezus in de Hemel beklaagt zich daarover en heeft kunnen zeggen: « Ze willen niet luisteren naar onze pausen of het onderricht door de eeuwen heen van de heiligen die veelvuldig voorspellingen en mirakels doen. Daarom ga Ik hen mijn Moeder sturen: haar zullen ze wel eerbiedigen! »
Dat is de betekenis van de verschijningen van de H. Maagd Maria in de 19de eeuw: ze zijn de ultieme waarschuwing voor de hoogmoedige mensen die sinds de Revolutie de Rechten van de Mens boven het gezag van God plaatsen en die met al de macht van hun liberalisme en laïcisme proberen een stad van mensen zonder God te bouwen.
Pausen zoals de Z. Pius IX en de H. Pius X kunnen hen dan wel heel de 19de eeuw lang veroordelen door hun dwalingen te ontmaskeren, maar ze houden er geenszins rekening mee. De vrijheid van de mens en, zoals Paulus VI gezegd heeft, de cultus van de Mens in de Kerk zijn datgene waarom ze bekommerd zijn. Heeft men ooit een paus de cultus van de Mens horen afkondigen?!
De mens revolteert tegen God; de H. Maagd Maria is naar hem gezonden, maar hij houdt er helemaal geen rekening mee. De boodschap van Fatima wordt voortdurend misprezen door de paus zelf en de clerus. Natuurlijk vindt men in de nieuwe Catechismus van de katholieke Kerk geen enkele verwijzing naar Fatima. Zover staan we. Als ze dit de H. Maagd Maria aandoen betekent het dat ze in hun hoogmoed haar Zoon Jezus Christus en onze hemelse Vader zelf verworpen hebben.
Omdat de Farizeeën de drijvende kracht geweest zijn achter de vervolging van Christus en zijn uiteindelijke terdoodveroordeling, zijn degenen die vandaag Jezus ter dood veroordelen vanzelfsprekend herkenbaar aan het feit dat ze de Farizeeën verheerlijken. En door de Farizeeën te verheerlijken, vervalsen ze de H. Schrift. Ze zullen vandaag Christus vermoorden door te verpletteren wat nog overblijft van onze christelijke beschaving: die kleine kudde die we zijn met de stempel van tollenaars. Want we erkennen dat we zondaars zijn, maar we zijn trouw aan Christus en de H. Maagd Maria, Onze-Lieve-Vrouw van Fatima, die we willen beminnen en dienen.
Laten we aan Jezus die reeds al te zeer beledigd werd en aan de H. Maagd Maria van wie het Onbevlekt Hart voortdurend doorboord wordt met doornen van ondankbare mensen, om vergiffenis van onze zonden vragen en om de genade volkomen trouw te mogen blijven. Amen!
abbé Georges de Nantes
uittreksels uit het sermoen van 13-14 mei 1993