11 SEPTEMBER 2022
Gods barmhartige liefde voor de zondaars
HET Evangelie van deze zondag is prachtig en nochtans hebben we het te danken… aan de slechtheid en het onbegrip van de mensen! Schriftgeleerden en Farizeeën, die zogenaamde «volmaakte navolgers van de Wet», zijn verontwaardigd als ze zien dat Jezus zondaars verwelkomt en met hen eet. Hij plaatst zich op het niveau van zijn tegenstanders en zal het hatelijke en hypocriete van hun houding aan het licht brengen. Wanneer het erom gaat een verloren schaap terug te vinden of een geldstuk te zoeken, is iedereen verplicht te erkennen dat hij op zoek zou gaan naar het verloren voorwerp en verheugd zou zijn als hij het gevonden heeft. Waarom dan de Zoon van God verbieden om te gaan met de zondaars, de meest verloren mensen, op dezelfde wijze als de Farizeeën omgaan met dieren of materiële dingen? En pats!
Doorheen het vernietigend antwoord aan de Farizeeën openbaart Jezus ons Gods hart. Na lezing van dit Evangelie kunnen we ons niet langer voorstellen dat God slechts een absoluut transcendent, eenzaam, schimmig wezen is dat alleen maar oog heeft voor de formele volmaaktheid van zijn schepselen… neen! Onze God, licht uit licht, ware God uit de ware God, is mens geworden om een nieuw en eeuwig verbond te sluiten met ieder van ons en met de gehele mensheid. Daarom zijn wij, ieder van ons, het verloren schaap van de Heer, en Hij, de Mensenzoon, is werkelijk degene onder ons die ons het meest heeft gezocht, die ons het vurigst heeft achtervolgd, die ons met de grootste smart heeft teruggevonden, die ons op de meest waanzinnige manier heeft gered, die ons het hardnekkigst heeft verdragen, die ons het tederst in zijn armen heeft gehouden en aan zijn hart heeft gedrukt.
De parabel van de verloren zoon helpt ons deze wonderbare openbaring van de barmhartige liefde van de Heer te beseffen. Deze barmhartigheid heft de goddelijke predestinatie niet op, maar maakt het idee acceptabel van de almacht van Gods heiligheid, die soeverein over ons leven beslist. Niemand kan in de Hemel zeggen dat hij door eigen verdienste gered is. Hij is in de hemel omdat God hem gekozen heeft om daar te zijn. In de hel kan niemand zeggen dat hij God schaakmat gezet heeft. Op hetzelfde moment dat hij zich overgaf aan rebellie tegen God, voerde hij uit vrije wil een plan uit van Gods oneindige Wijsheid en Liefde. Tegenover de doodsangst die wij terecht zouden voelen in de confrontatie met Gods oordeel, staat echter de zachtmoedigheid van Jezus, die zelf een openbaring van de goedheid van de Vader der barmhartigheden is.
Jezus geeft ons een morele les over deze predestinatie, een angstaanjagend probleem dat wordt opgelost door te vertrouwen op de barmhartigheid van onze hemelse Vader. Dat moeten wij nog meer doen sinds Jezus op aarde is gekomen om ons deze gevoelens van onze hemelse Vader te openbaren door zich te manifesteren als de enige goede en schone Herder, die koste wat het kost op zoek gaat naar iedere verloren lopende ziel.
Jezus heeft deze gelijkenis ook verteld in een tijd dat het joodse volk diep verdeeld was. Aan de ene kant waren er de anawim, dat wil zeggen de goede, vurige Joden, de armen, de nederigen, de eenvoudigen; deze anawim waren nog steeds trouw aan Abraham en de Wet van Mozes, voor zover ze konden, en zij wachtten vol spanning op de Messias die Israël zou redden. Maar zij werden aan de andere kant gedomineerd door de Farizeeën en Sadduceeën, die door en door anti-Messiaanse sektariërs waren, want zij beschouwden zichzelf als de enige redders en de bovenlaag van het joodse volk...
Deze elite wapende zich telkens wanneer God hun een boodschapper zond, vervolgden hem en brachten hem uiteindelijk ter dood. Zij zijn het «adderengebroed» (Mt 3,7) dat verachting koesterde voor Johannes de Doper en weigerde zich door hem te laten dopen met het doopsel van boetedoening! Zij waren als de oudste zoon in de gelijkenis. En toch toont Jezus hun de goedheid van de hemelse Vader, net zoals Hij deed tegenover de jongere zoon.
Tot besluit, beminde broeders, hoe rijk is deze parabel van de verloren zoon en hoezeer toont hij ons dat, hoe ellendig wij ook mogen zijn, als de nederigheid op een dag een opening in onze ziel kan graven... Gods genade meteen in haar zal binnendringen!
Abbé Georges de Nantes
Uittreksels uit Jésus nous parle en paraboles (PC 48)
en de Page Mystique in CRC nr. 74