21 JULI 2024

Hoe we onze vakantie goed
en heilig kunnen doorbrengen

IN het Evangelie heeft Onze-Lieve-Heer medelijden met de grote menigte die Hem naar de woestijn volgde: «Ik heb medelijden met de mensen!» De Heer heeft ook medelijden met de moderne massa die op vakantie gaat. «En daarop sprak Hij tot hen: “Komt nu eens zelf mee naar een eenzame plaats om alleen te zijn en rust daar wat uit.” Want wegens de talrijke gaande en komende mensen hadden zij zelfs geen tijd om te eten.» 

Jezus’ goedheid bestaat er in de eerste plaats in dat Hij de legitimiteit, ja zelfs de noodzaak van vakantie erkent. Net zoals God bij de schepping van de mens hem als kader voor zijn werk de week schonk, hem verplichtte op de zevende dag te rusten en de zondag te heiligen, zo moeten we bedenken dat in onze stedelijke beschaving en onze gemechaniseerde samenleving vakantie voor vele mensen een noodzaak is geworden. De sleutel is om van deze vakantietijd, net zoals van de zondagsrust, een tijd van heiliging en geestelijke vooruitgang te maken.

Ten eerste door voor het elementaire te zorgen. Het is heel normaal tijd te nemen om te slapen met de bedoeling fysiek te herstellen. Het is ook normaal om opnieuw samen de maaltijden te nemen, die een familieritueel zijn. In onze ontwrichte samenleving worden op de eerste plaats de gezamenlijke maaltijden opgeofferd. Maar het is juist goed om met het hele gezin samen te eten.

God laat ons ook toe om ons lichamelijke evenwicht te herstellen door te sporten en wandelingen of trektochten te maken. De christen wijst dat allemaal niet af. Vakantie is een gelegenheid om samen te komen en elkaar lief te hebben in vrede en rust. 

De moderne mens mag daarnaast ook cultuur opsnuiven. Hij moet profiteren van de vakantie om mooie dingen zien, want hij wordt gedwongen in lelijke steden te leven, verminkt door het moderne urbanisme. Toeristische reizen zijn daarom iets goeds, want dan kunnen we kastelen en kerken, kloosters en abdijen bezoeken. Ook al is dat allemaal nog louter menselijk, God veracht dat niet – integendeel! Hij wil juist dat het ons interesseert, maar uiteraard binnen alle rijkdommen van de theologische deugden, Geloof, Hoop en Liefde, en onze morele deugden die daaruit voortvloeien: de rechtvaardigheid en de matigheid, die ons sturen op onze zoektocht naar een evenwichtig leven.

Maar laten we nu hogerop gaan. Onze vakantie moet ook een gelegenheid zijn om vooruitgang te boeken op intellectueel vlak en in ons spirituele leven. Intellectueel werk en ontwikkeling moeten hun plaats hebben in onze vakantie. Het is niet normaal dat je beweert geen tijd te hebben om het tijdschrift van de Katholieke Contrareformatie of onze boeken over Fatima bv. te lezen.

Ik zou graag willen dat de Kerk, de paus en onze bisschoppen ons aan deze waarheid herinneren. We leven in een samenleving van geloofsafvalligen en mensen die nog nooit van onze godsdienst hebben gehoord. We moeten geen christelijke eisen stellen aan deze mensen want ze hebben de kracht van de genade niet om de deugd te beoefenen. Laten we hen niet verachten, ze zijn erg te beklagen en we zouden ze moeten bekeren en ze tot onze broeders maken.

Maar wijzelf, die veel meer talenten van God hebben ontvangen – in de geestelijke zin van het woord – wij begrijpen dat onze vakanties niet mogen gelijken op die van onze buren, die leven als beesten. We weten dat we ons christelijke leven op een heel andere manier dan zij moeten beleven, discreet maar krachtig. Dus als we op vakantie gaan, is het onze plicht om te vertrekken met een voorraad goede lectuur en om onszelf een aantal levensregels op te leggen: ik sta op dat bepaalde uur op, ik plan die activiteit voor die bepaalde dag enz. We mogen onze tijd niet verspillen.        

Tot slot is er het spirituele leven. Op vakantie moet je de tijd nemen om te bidden. Alleen of, nog beter, met het hele gezin: samen het morgen- en avondgebed opzeggen, de tijd nemen om naar de dorpskerk te gaan waar nooit iemand komt en er een bezoekje te brengen aan het H. Sacrament, eventueel met een meditatieboekje. De goede God zal je daarvoor zegenen. Het is ook aan te raden om een paar dagen in een klooster door te brengen voor een retraite. Kortom, om de goede God te herontdekken en dichter bij Hem te komen.

De vakantiedagen zijn dan voor het jaar wat de zondagen voor de week zijn. Ze zijn nodig om het lichaam te laten rusten en de ziel te heiligen. En zelfs als het je niet lukt om een goede vakantie door te brengen wegens je omgeving: zolang er in het begin goede wil is, goede voornemens zijn, zullen beetje bij beetje, jaar na jaar, je vakanties beter en beter worden. Ze zullen een lokroep voor je ziel worden in plaats van, zoals bij vele mensen, een verlokking tot kwade hartstochten en onrust gevolgd door weerzin en bitterheid ten opzichte van het werkjaar dat terug begint – om nog maar te zwijgen van alle schulden die je in je waanzin bent aangegaan...

Ach, mijn lieve broeders en zusters, wat een vreugde is het om christen te zijn, zelfs al op louter menselijk vlak! Wat een zekerheid, wat een zegen is het om christen te zijn! En daarom wens ik jullie allemaal een goede vakantie toe. Amen.

Abbé Georges de Nantes
Uittreksels uit het sermoen van 3 juli 1983