59. De vier obstakels tegen
de beschavende werking van de Kerk
« Wanneer men er bij stilstaat », aldus de H. Pius X, « hoeveel kracht, wetenschap en bovennatuurlijke deugden er nodig zijn geweest om de christelijke Stad op te bouwen; als men denkt aan het lijden van miljoenen martelaren, de geïnspireerde bijdragen van de kerkvaders en de kerkleraren, de toewijding van alle helden van de naastenliefde, een sterke hiërarchie geboren uit de Hemel en stromen van goddelijke genade; als men beseft hoe dat alles onderling verbonden en doordrongen werd door het Leven en de Geest van Jezus Christus, de Wijsheid Gods, het mens geworden Woord », dan kan het niet verbazen dat een dergelijk werk onafgebroken bekampt werd door satanische krachten.
De inspanningen van de Kerk voor de beschaving en de internationale eendracht werden inderdaad afgeremd, verhinderd en bestreden door vier grote obstakels.
1. Het Groot Oosters schisma (1054) heeft de Middellandse Zee en de rechtstreekse evangelisatiewegen naar Azië en Afrika gedurende lange tijd voor de Kerk afgesloten. Het gevolg was de expansie van de islam, straf voor de verdeeldheid en het verraad binnen de christelijke wereld. Daardoor blijft het Midden-Oosten voor onze beschaving een gesloten deur en een kruitvat. Heel anders zou het verlopen zijn als de kruisvaarders in hun opzet geslaagd waren, als zij in Byzantium vriendschap ontmoet hadden in plaats van trouweloosheid, hulp in plaats van verraad…
2. Nog erger was het protestantisme (1517), dat christelijke naties opgestookt heeft tot rivalen en vijanden van de katholieke landen. De haat werd nog dodelijker toen de protestantse staten zichzelf in de 18de eeuw uitleverden aan de vrijmetselarij, de absolute vijand van de christenheid. Sinds de christelijke wereld in onverzoenlijke brokstukken is uiteengevallen, kende ons continent een opeenvolging van Europese burgeroorlogen, altijd gericht tegen Rome en de katholieke naties… tot men besloot om een Europese gemeenschap op te richten, die zich ontdaan heeft van de Wet van Christus en geacht wordt om vrede en welvaart te verzekeren! Het is trouwens afgelopen met de kruisvaartgedachte, dat wil zeggen onze bekwaamheid om een gemeenschappelijke verdediging te organiseren tegen de barbaarse dreiging.
3. De Franse Revolutie (1789) bracht aan het eeuwenoude vredeswerk van de Kerk de derde slag toe, door de katholieke naties uit te leveren aan hun doodsvijand, de wereldwijde alliantie tussen jodendom en vrijmetselarij. Dat gebeurde door middel van revolutionaire regeringen, opgelegd via het mechanisme van de democratie, die voorgoed komaf maakten met de traditionele orde.
4. Tenslotte heeft de conciliaire revolutie van Vaticanum II (1962-1965), die er prat op ging de Kerk te verzoenen met de moderne wereld, haar in werkelijkheid herleid tot nog enkel een Beweging voor Geestelijke Animatie van de Wereldwijde Democratie, de MASDU, gezworen vijand van de laatste nog openlijk katholieke staten. Die MASDU-Kerk is er fier op dat ze door staten en internationale organisaties erkend wordt, maar haar moraliserende tussenkomsten hebben geen andere invloed dan wat toegestaan wordt door de machten die er controle over uitoefenen… voor de vernietiging van de laatste christelijke bastions.
Vermits de revolutionaire principes overal verspreid zijn, zelfs tot in het onderricht van het authentiek kerkelijk Leergezag, is het absoluut noodzakelijk ze goed te begrijpen en te weerleggen.