85. De drie functies van een soeverein

Het staatshoofd, ongeacht of hij nog slechts de persoon is die de natie terug hersteld heeft dan wel, idealiter, het gewijde en gezalfde hoofd ervan, moet drie functies uitoefenen:

1. De godsdienstige functie. Beweren dat de politiek niets te maken heeft met de godsdienst is een leugen, want zelfs als ze voorwendt er zich niet mee bezig te houden, doet ze het wél: als het niet is om een bepaalde religie te begunstigen, dan is het om ze te bestrijden ofwel om ondertussen haar eigen religie te maken. De waarheid is dat de staat zich moet opwerpen als de wereldlijke verdediger van de katholieke Kerk, met de vereiste voorzichtigheid en zonder gewetensdwang uit te oefenen. Elk gewijd gezag moet zich die zorg aantrekken, zoals een vader dat doet voor zijn kinderen, niet om hun vrijheid te respecteren, maar om hen te helpen op de weg naar het goede.

Bijgevolg moet de soeverein elke ideologie die tegengesteld is aan het algemeen belang vervolgen. Hij mag een valse godsdienst tolereren voor het goed van de binnenlandse vrede, maar hij zal die religie minder voordelen schenken dan de ware godsdienst. In elk geval moet hij de geheime, atheïstische en revolutionaire genootschappen verbieden; zij prediken de vrijheid van denken en laten de ontwikkeling van gelijk welke ideologie toe, maar de geschiedenis toont aan tot welk totalitarisme dat geleid heeft.

Hij moet ook zijn land toewijden aan het Onbevlekt Hart van Maria en aan het H. Hart van Jezus om over de natie goddelijke zegening af te roepen. Zo erkent hij in Jezus Christus en de Maagd Maria de ware Koning en zijn onbevlekte Koningin.

2. De politieke functie. Zij garandeert twee zaken: ten eerste de bescherming tegen de buitenlandse vijand door de diplomatie en de strijdkrachten; ten tweede de handhaving van de binnenlandse orde door het gerecht en de politiediensten. Het gaat om de traditionele politieke functie van een soeverein, waaraan de katholieke godsdienst en meer in het bijzonder de devotie tot het Onbevlekt Hart van Maria een eigen accent toevoegen: verzachting van de zeden, matiging van de rechtspraak, kanalisering in goede banen van de ordehandhaving.

3. De ecologische functie. De weldaad van een soeverein staatshoofd mag zich niet beperken tot het strikt politieke domein, maar dient ook betrokken te worden op de ecologie, dat wil zeggen de wetenschap en de kunst van het samenleven. Het staatshoofd moet de beschermer zijn van het vrije gemeenschapsleven van de gezinnen en de spontane verenigingen die zij scheppen; zo vergemakkelijkt hij onrechtstreeks het persoonlijk heil van elk individu en van de naaste en begunstigt hij hun harmonische relaties in het belang van de nationale gemeenschap. We zullen dat meer in detail uitleggen in het derde deel van onze 150 punten.

Maar nu al moeten wij er op wijzen hoezeer het optreden van de soeverein noodzakelijk is voor het indijken van de macht van het geld. De Franse koningen zijn er in geslaagd het materiële leven te onderwerpen aan de rechtvaardige en menslievende dienstbaarheid van het algemeen belang. Door hun toedoen haalde de voorzichtigheid, een natuurlijke deugd en een vorm van toegepaste wijsheid, het op de zucht naar profijt van het anonieme geld. Het stoffelijk en geestelijk patrimonium van de gezinnen voer er wel bij, het werd uitgebreid en bewaard voor het nageslacht.