2015
Als we naar de kribbe gaan en dit goddelijk Kind-Jezus aanschouwen, zullen we begrijpen dat Hij een les voor ons is. Hij is niet als een leraar die aan kinderen een bepaalde leerstof onderricht en er zich voor hoedt te doen wat hij onderricht. Neen, Jezus is opgetogen zichzelf te zijn in die toestand van kind, van zoon, waardoor Hij ons zo nabij is, Hij die ook en eeuwig de Zoon van zijn Vader is. Kijk naar de Maagd Maria ! Ze loopt, ze haast zich met haar zoon Gods en de volheid van de H. Geest in zich, vol van genade. Wie gaat ze vandaag bezoeken ? Welke zijn haar gevoelens, haar verlangens ? Er is een pagina die het wonderlijk verwoordt, een pagina geschreven door de H. Theresia van het Kind Jezus. Laten we ons verheugen. Maar laten we proberen de diepe beweegredenen te begrijpen van deze vreugde. God is Heilig! Hij is Heilig in de Hemel, Hij is driemaal Heilig, de God der engelen, de Aanvoerder van de hemelse legerscharen in de Hemel. En, o wonder, God heeft de wereld doordrongen van zijn Heiligheid. Hij heeft de wereld overdekt met zijn schaduw en zijn Heiligheid heeft de Kerk doordrongen en veranderd. Men zegt vaak dat de H. Geest slechts het voorwerp is van een heel modale eredienst, zeer beperkt en afwijkend van wat eigenlijk zou moeten. Er is nochtans een antwoord, te vinden bij pater Kolbe, bij Louis-Marie Grignion de Montfort. Het springt in het oog, men moet er alleen maar aan denken! Men heeft de Kerk verweten ons een soort aanbidding van de Maagd Maria te hebben aangeleerd die helemaal ongepast is. Welnu, als men alle verwijten en kritiek tegen de Kerk verzamelt, komt men uit bij een zeer mooie openbaring van de volle en volledige waarheid. Als we trouw zijn aan de boodschap van Fatima, als we trouw zijn aan de verering van het H. Aanschijn, kan ons niets slechts overkomen. We zijn om zo te zeggen de voorhoede van de Kerk die opnieuw geboren zal worden doorheen apocalyptische gevechten, en nadien zal Rusland zich bekeren en zal er een tijd van vrede aanbreken, zoals de Allerheiligste Maagd Maria gezegd heeft. Massa's missionarissen zullen er op dat moment nodig zijn om de wereld te bekeren. Islamitisch geweld ; luthers en hitleriaans racisme; oosters schisma en bolsjewisme, calvinistisch materialisme en Anglo-Amerikaanse consumptiemaatschappij… Wanneer dat alles de wereld ondergedompeld zal hebben in de rampspoed waarin hij zich nu bevindt, en wanneer we daardoor opnieuw een vreselijke wereldoorlog zullen doormaken waarbij de massagraven onwaarschijnlijk astronomische afmetingen zullen aannemen, zal men zich toch de tijd herinneren van vrede en voorspoed die de wereld gekend heeft onder de banier van Christus. Jezus verlaat Jeruzalem 's avonds; de zon schijnt nog. Hij gaat waarschijnlijk slapen. Hij gaat weg uit Jeruzalem, we zijn aan hoofdstuk 24 van Mattheüs, hoofdstuk 13 van Marcus, hoofdstuk 21 van Lucas. Zo heeft Jezus de gelegenheid om zijn apostelen te verduidelijken wat komen gaat. Het zijn de fameuze eschatologische toespraken die pater Prat, in het tweede volume van zijn « Jezus Christus » heel goed betitelt als: Het einde van een wereld en het einde van de wereld. Jezus heeft de Farizeeën gade geslagen en ontmaskerd. Waarom is Hij zo streng voor hen ? De brief van Sint-Paulus aan de Filippenzen openbaart ons het waarom en het hoe van die gestrengheid. De brief leert ons ook wat voor de Zoon van God zelf de volmaaktheid van de liefde tot God en voor de zondige mensheid inhield. Wat een schitterend idee, dat feest van alle heiligen die ons worden aangeboden om hen te bewonderen, om hen lief te hebben, als modellen. Het zijn naaste, intieme vrienden van wie wij in ons hart het beeld kunnen meedragen. Ze zullen ons begeleiden in de moeilijkheden en de vreugden van het leven, want ook zij hebben die meegemaakt. En ze tonen ons de Hemel, het beloofde land waar we snel naartoe zullen gaan. We moeten de moderne wereld beschouwen als bezeten, als verloren, ons buiten haar afgoderij en verdorvenheid houden, zorgvuldig de staat van genade bewaren, leven voor God, in onszelf een onafgebroken vuur van geloof, vertrouwen en overgave aan God in stand houden, maar ook niet bevreesd zijn voor de morele inspanning, de lasten, het vooruitzicht van harde jaren, misschien zelfs van grote ongelukken en martelaarschap. Het is bittere ernst en het komt eraan. Enkel het onveranderde katholieke geloof, het juiste begrip over de zonde en de rechtvaardigheid van God maken ons ontvankelijk voor een goed begrip van de steeds nieuwe Openbaring van onze Verlossing door de gekruisigde Christus, een werk van onbegrensde barmhartigheid. Wie gelooft daar vandaag nog in? Wie hoort dit woord van Jezus in al zijn waarheid, zonder uiterlijke schijn: « Ik ben gekomen om te dienen en mijn leven te geven als losgeld voor velen » (Mc 10, 45) ? Kunnen wij in de rijke jongeling werkelijk « iedere mens erkennen die bewust of onbewust (sic) nadert tot Christus, Verlosser van de mens, en die Hem de morele vraag stelt » (Splendor Veritatis)? Met betrekking tot hem spreken van een “vraag over de fundamentele zin van zijn leven”, betekent dit niet dat men op beledigende wijze de roeping van het uitverkoren volk banaliseert en alle godsdiensten afvlakt tot hun kleinste gemene deler ? Wie is dus die jongeling ? Ieder christelijk gezin dat een nieuw kind op de wereld zet, stelt een daad van liefde tot God en de naaste, die ik een daad van volmaakte liefde zou noemen. Dat is des te meer het geval omdat jullie weten dat kinderen veel van jullie zullen vragen, dat het een beproeving zal zijn, dat jullie er absoluut niet voor geprezen zullen worden noch gelukgewenst door de omgeving. Deze kinderen zullen in de school en in het beroepsleven aan vreselijke moeilijkheden blootgesteld worden en slechts moeizaam hun zielenheil kunnen verwerven. Maar jullie geloof triomfeert over alle vrees ! Dat is mooi en jullie hebben gelijk ! De jaloezie ? Dat is de rivaliteit met anderen inzake bezit van materiële of spirituele goederen. Het is dus de haat jegens de anderen voor eigen baat, om te overheersen, om te bezitten, om buit te maken, wat heel goed doet inzien dat dit het tegenovergestelde is van de naastenliefde. De enige remedie is de hoop. Alleen beseffen wij niet voldoende wat de christelijke hoop precies inhoudt. Het was noodzakelijk dat Leo II een heilige was om te weten dat het een heilige paus is die in de Kerk de Waarheid hersteld heeft door een paus die zijn plichten niet nakwam in de ban te slaan. Zo is het pausdom onkwetsbaar, is het verheven boven elke kritiek. Mensen zijn zwak, maar het pausdom zet zijn weg verder: « Tu es Petrus », met de correctie van het « Vade retro Satanas ». Ondanks de verontwaardiging en de dwalingen van iemand als pater Congar heeft het « Tu es Petrus » het recht over heel Rome te weerklinken. Op 8 september vieren we de verjaardag van onze Moeder in de hemel. Gelukkige verjaardag, mijn meest oprechte wensen, want u bent het wezen dat het meest ter wereld van mij houdt, u bent de mooiste en de heiligste, u bent degene met wie ik mij het meest verbonden voel ! Laten we ons verheugen want onze Moeder, de Maagd Maria, is gelukkig in de hemel, definitief verbonden met haar Zoon. Vreugde in de hemel, vreugde op aarde ! Jezus vervangt de wet van Mozes door een nieuwe wet, die perspectief biedt naar prachtige horizonten. De gulden regel waarin heel de wet van Christus wordt samengevat, heel het Hart van Jezus en heel het leven van het Koninkrijk luidt als volgt : « Bemin God en bemin uw naaste met geheel uw hart, geheel uw verstand en al uw krachten. » God en zijn naaste beminnen : de twee geboden die Jezus tot hun volmaaktheid brengt. Waarom is de Maagd Maria in 1917 in Fatima willen afdalen naar de aarde ? Om als een zorgzame moeder te leven met haar Kerk, met haar kinderen en hen te beschermen voor alle kwaad. Als een lerares vol wijsheid en voorzichtigheid onthult ze ons in 1917 het mysterie in zijn geheel, en vervolgens in stappen (Pontevedra in 1925 ; Tuy in 1929). Met de Tenhemelopneming van Maria, het meest glorievolle feest onder alle feesten, weten we waar we naartoe gaan, weten we waar de wereld naartoe gaat, doorheen de voorspelde grote geloofsafval. Voorbij alle oorlogsdreiging gaat de wereld toe naar de universele triomf van het Hart van Jezus door het schitterend en verheven, maar ook teder en bevallig werk van het Onbevlekt Hart van Maria. Amen, Deo gratias ! Alleluia, alleluia, alleluia ! « Ik ben het Brood des levens », zegt Jezus: Ik ben het die, door mijn onderricht, door mijn persoon, jullie de mogelijkheid geef om niet te sterven in de woestijn van de aarde, maar onthaald te worden in de eeuwige tabernakels. Jezus weet goed dat de Joden niet ontvankelijk zijn voor zijn boodschap, noch in staat het voedsel te eten dat Hij hen aanbiedt, namelijk zijn onderricht, zijn mirakels, zijn leer, zijn gehele persoon, die als enige in staat zijn de genade in hun ziel te vernieuwen. Jezus heeft altijd medelijden gehad met de mensenmenigte, omdat zij waren « als schapen zonder herder ». Wat doet Hij? Hij trekt naar buiten, Hij predikt en kort daarop stuurt Hij zijn apostelen uit om hetzelfde te doen. Alle voorschriften van Jezus zijn interessant, omdat gelijk welke priester of christen die wil meedelen van zijn vurigheid en zijn geestdrift op dezelfde obstakels botst. Het was in Nazareth dat de arme Jezus bij het begin van zijn leven misprezen en geslagen werd, dat hij zijn eerste tranen stortte. Jezus heeft dat soort leven gekozen, Hij die de Zoon van God was, op een manier die wij niet zouden verwacht hebben en ook uit onszelf niet zouden opzoeken. Dat moeilijke leven van armoede en vervolging heeft Hij liefgehad ; en Hij heeft gewild dat ook wij het liefhebben. Rome is het fundament van onze beschaving en zal dat blijven tot aan het einde van de tijden. In de universele ontreddering, in de ontreddering van de beschavingen en de anarchie van de volkeren, in het gewoel van de naties is er één vast punt: Rome, dat van Athene de wijsheid heeft overgenomen en van Jeruzalem heel de openbaring. Onze Kerk is ijzersterk. Hoe verkeerd is het over de reling te springen, zich in een reddingssloep te gooien, het grote schip te verlaten met de woorden dat het aan het zinken is. Wat een misstap! Het schip kan onmogelijk zinken vermits Jezus erin slaapt! Het is onmogelijk dat dit schip zinkt omdat Jezus er de belofte over gedaan heeft dat het sterker zou zijn dan de machten van de hel. De devotie tot het H. Hart is een intiem geheim tussen elk van onze zielen en Jezus Christus, onze Verlosser, aan het Kruis gestorven voor onze zonden. We kunnen dat Hart niet bekijken, met daarboven zijn Kruis, zonder eraan te denken dat de liefde gevoed wordt door het offer, dat de liefde gevoed wordt door een onuitputtelijk vergeven, voortdurend en wederzijds, opdat wij ons allen zouden terugvinden in het Hart van Christus voor het eeuwig leven. Wanneer men niet houdt van het mysterie van God, dan is de gedachte dat Christus onder ons aanwezig blijft, dag en nacht, in alle kerken, absoluut onbegrijpelijk. Als we geloven, weten we dat Christus, vol liefde, onder de zijnen is willen blijven in een werkelijke tegenwoordigheid die men de “ transsubstantiatie ” noemt, omdat er geen brood en wijn meer overblijft: het zijn werkelijk het Lichaam en het Bloed van Christus die op het altaar aanwezig zijn. Het mysterie van de relaties van de Maagd Maria met de drie Personen van de Heilige Drievuldigheid behoort tot de kern van ons geloof. Ik zou het hierover met jullie willen hebben door dit mysterie uitermate te vereenvoudigen, in de hoop dat jullie door deze meditatie Maria Onbevlekt nog meer zullen beminnen: als dochter van de Vader, bruid van het Woord, tempel van de Heilige Geest. In de intieme vereniging van de H. Geest met de Kerk is er in het begin een opflakkering van passies geweest. Nu zijn de Kerk en de H. Geest als oude echtgenoten. Ze hebben miljoenen en miljoenen wezens tot eeuwig leven voortgebracht, ze weten wat het is. Wat nu overheerst zijn de wijsheid, de deugden, de trouw aan een leer en een liturgie die Christus ons gegeven heeft. De vreugde heeft een andere dimensie gekregen, ze heeft zich gezuiverd. Op een dag zal de paus, plaatsvervanger van Jezus Christus, opvolger van de H. Petrus, het stilzwijgen doorbreken. Hij zal de wereld toespreken in de kracht van God. God kan zich niet laten overwinnen. Vandaag lijkt de Kerk volledig overwonnen en overal verpletterd. De paus zal spreken en iedereen zal hem volgen. In tussentijd mag men vooral de naastenliefde niet vernietigen. Iedereen moet de ware leer verdedigen en spreken volgens zijn overtuiging; voor de triomf van de waarheid, de triomf van het goede, de triomf van de schoonheid van de Kerk. God houdt van zijn schepselen, dat weet ik, en in het bijzonder van al die mensen voor wie zijn Zoon zijn Kostbaar Bloed heeft vergoten, maar ook van mij ? Houdt Hij nog van mij na zoveel ontrouw ? En houdt Hij veel van mij ? Als ik dat met zekerheid wist, dan zou dat het grote licht van mijn leven zijn en een ongeëvenaarde vreugde... weten ? Mocht de goddelijke Meester ons de liefde geven die als enige in staat is te ontdekken en te redden wat de schepselen aan onvergankelijke schoonheid en goedheid bezitten! Mocht de H. Geest in onze zielen die gelijkvormigheid aan de goddelijke natuur tot stand brengen, opdat we vanaf ons bestaan hier op aarde de lofprijzing beginnen van de goddelijke Glorie, die in de hemel ons enige werk en onze zaligheid zal zijn ! Als Jezus ervan droomt om van heel de mensheid nog slechts één kudde te maken onder het gezag van één enkele herder, dan heeft men ons dit binnen de Kerk gedurende tweeduizend jaar, tot bewijs van het tegendeel, op een eensluidende manier uitgelegd: deze kudde is die van de Kerk; haar herder is Onze Heer Jezus Christus. De toegang tot en de vereniging met deze kudde wordt ons gegeven door het Bloed van Christus. En als alle mensen reeds rechtens gered zijn door Jezus, dan moeten zij dit recht nog verdienen, namelijk door het christelijk geloof, door expliciet, vanzelfsprekend, lid te zijn van de katholieke Kerk. Het is op deze manier, door het onweerlegbaar getuigenis van de leerlingen en de apostelen, dat het historisch en ongezien feit van de Verrijzenis van Christus zich opgelegd heeft aan de wereld, en dat het geloof van de enen, versterkt door het geloof van de anderen, tot op vandaag bewaard blijft. Mochten we, dankzij deze twee leerlingen van Emmaüs, sterk worden in het geloof en branden van liefde zodat we nog slechts één wens hebben: het geloof verkondigen aan een wereld die ten onder gaat in scepticisme en atheïsme. Het spreekt vanzelf dat het beter is te geloven zonder te hebben gezien. Wat echter de uitspraak betreft dat wie gelooft er geen nood aan heeft te zien, daar gaat het om een grondige vergissing. Vandaag zijn er helaas velen die zeggen dat men de Lijkwade of de openbaringen van Fatima niet nodig heeft en dat men er geen nood aan heeft dat de Hemel zich aan ons op een stoffelijke manier openbaart. Ze minachten zo de prachtige tussenkomsten die de Hemel in de twintigste eeuw doet voor onze redding ! De Maagd Maria heeft geleden met Jezus. Vandaag is het haar triomf, de triomf van haar hoop en haar trouw. Onze Heer Jezus Christus mag haar omhelzen en strelen, zij is om zo te zeggen zijn bruid geworden. Zij is meer geworden dan zijn Moeder, zij is nu zijn vertrouwelinge en zijn medewerkster in al zijn grootse plannen, want ze heeft die plaats verdiend. De Romein Pilatus is zo gefascineerd door de figuur van Jezus dat we in zijn persoon heel goed de nakende bekering van de heidenen aanvoelen, terwijl de Joden in hun ongeloof en hun haat verstarren. Het zijn de toekomstige vrienden van Christus die verpersoonlijkt worden in Pilatus. Om die reden spreekt Jezus tot hem een verheven taal die de landvoogd eerst slechts gedeeltelijk, daarna steeds duidelijker lijkt te verstaan. « Mijn dierbare leerlingen, mijn vrienden, zie hoe genadig en goed het is voor broeders om samen te leven, om elkaar rond deze tafel te treffen voor dit paasmaal, de Eucharistie van mijn Lichaam dat voor jullie wordt overgeleverd, Eucharistie van het Nieuwe en Eeuwige Verbond in mijn Bloed: Ik schenk het jullie zoals Ik het eerst aan mijn Vader heb aangeboden, alvorens te lijden en mijn werk onder jullie te voltooien. » Palmzondag bewijst ons dat onze godsdienst de Waarheid is die Jezus aan iedereen heeft opgelegd, ook aan zijn vijanden, en waarvoor Hij gestorven is. Jezus heeft gezegd dat Hij de Zoon van God is, de verwachte Messias. Dat is geen droom. Hij heeft het bewezen en het volk heeft Hem publiekelijk als Koning erkend. Hoe erg is het om te zien dat de christenen van vandaag zich alleen nog hechten aan het leven op aarde. Vrijwillig beroven ze zich van het enige licht dat de talrijke beproevingen die ze moeten doorstaan zou kunnen verlichten. Ze vestigen al hun hoop en hun vreugde op de vergankelijke goederen. Gevangen in hun dromen storten ze in de dood, waarbij ze van de grootste daad van hun leven de meest ijdele maken. Sterven is voor hen slechts sterven…Voor ons betekent het eindelijk echt leven. Als de bronzen slang de voorafbeelding is van Christus de Verlosser, dan is de beet van de slangen wel degelijk die van de zonde die in en rondom ons aanwezig is. Is het dan zo dat één enkele blik naar het Kruis, één enkele bezieling van het hart door de gekruisigde Jezus volstaat om genezen te worden en vergeving te bekomen van onze fouten? Het evangelie van deze zondag doet ons mediteren over « de zonde in het leven van de christen » en de ingesteldheid waarvan men moet getuigen om vergeving te krijgen. Een woedende Jezus verjaagt de kooplieden uit de Tempel. Dat verbaast ons, maar we begrijpen het ook en we bewonderen zijn moed, want er is moed nodig om tegen de corruptie te strijden. Christus is echter ook streng tegenover hen die in Hem geloven bij het zien van de tekenen die Hij doet. Waarom schenkt Hij hen geen vertrouwen? Omdat zij het geloof niet hebben! En wij, hebben wij het geloof? Mijn ziel, mijn verstand en mijn hart willen slechts één zijn met U. Als U terugkeert, zal ik herleven. Als U veraf blijft, is alles mij een onbeschrijflijke kwelling. Wilt U me laten lijden door me aan mezelf over te laten in de woestijn? Ik lijd, ik zal lijden. Het is goed zo. Misschien is het zo zelfs beter: hoe meer ik lijd, hoe meer ik mezelf minacht en de wereld mij onverschillig laat, des te meer haast heb ik om U terug te zien… De Vasten is een tijd van beproeving, van geestelijke strijd, want we proberen op dezelfde manier te leven als Christus geleefd heeft. De Kerk weet goed welke de bekoringen van de duivel zijn die we kunnen ondergaan. Hoe ongehoord, verschrikkelijk, hatelijk, vernederend of monsterachtig ze ook zijn, we mogen niet bang zijn om ze aan de priester te bekennen: het is de beste manier om ervan bevrijd te worden. Hoe zou ik de Kerk in de steek kunnen laten? Ik ben er zeker van dat in het diepst van deze verrotting, over die geestelijke verwarring heen, haar gesluierd Hart hetzelfde is, maagdelijk en vurig. Morgen zal de genezing komen. Het is voor haar dat we vandaag uw voorspelling aanhoren: « Deze ziekte leidt niet tot de dood; ze is er voor de glorie Gods: door haar moet de Mensenzoon verheerlijkt worden... » De Kerk zal herrijzen ! De beproeving lijkt lang te duren als ze te zwaar is... Het is alsof alles smelt en in slijk verandert; ik dacht niet dat de hemel zo voor onze ogen kon instorten. En verstijfd, verloren smeek ik U dat deze ellende zou ophouden. Ik smeek U, Vader, om de dageraad van de redding van de Kerk waarnaar ik uitkijk. Mijn ogen zijn zoals die van dienaars gevestigd op de handen van hun meesters, mijn ogen zijn zoals de ogen van de dienares gericht op de handen van haar meesteres. Op het feest van Lichtmis vieren we de Opdracht van Onze-Lieve-Heer in de Tempel. Men mag er zich niet mee tevreden stellen het Evangelie op amateuristische wijze te lezen en er enkel morele lessen uit te halen. Dat volstaat niet. Onze godsdienst is geen menselijke moraal, onze godsdienst is een mystieke leer van eenheid en identificatie met Jezus, Maria en Jozef, die de volmaaktheid van heiligheid op aarde verpersoonlijken. Het is een jongeman uit Nazareth, voor iedereen onbekend, die naar Johannes de Doper toekomt om gedoopt te worden. Zal Hij groter zijn dan de profeten? Groter dan Johannes de Doper? Dat is helemaal niet zeker in de ogen van het volk. En de leerlingen van de Voorloper wachten af om te zien wat Jezus gaat zeggen en doen. Vanaf de eerste dagen van zijn openbaar leven heeft Jezus van zijn voorloper Joannes de Doper vijf jonge mannen gekregen die Hem allen hun geloof hebben geschonken. Zo worden ze uit liefde tot Hem betrokken in een groot avontuur. Als Jezus besluit naar Galilea te trekken, dan volgen ze hem des te spontaner omdat ze zo kunnen terugkeren naar hun land van herkomst. Voor ieder rechtgeaard mens op wie de goddelijke genade inwerkt kunnen zijn oorspronkelijke toestand van zondaar waarin hij geboren is en alles wat zijn eigen wil daar later aan toevoegt geen rust schenken. Deze benauwende verwachting, deze steeds vuriger hoop komen in de gebeden van de psalmisten van het Oude Testament tot uitdrukking. Ze drijven de menigten naar het doopsel van boetedoening dat door Joannes gepredikt wordt in de woestijn.Laten we zoals Jezus, de Zoon van de Vader, kinderen zijn
De gevoelens van het Hart van Maria, vandaag
De diepe motieven om verheugd te zijn
Het Onbevlekt hart van de goddelijke Maria
De Advent : vreugdevolle verwachting van de terugkeer van Christus
Voor een Christelijk Europa !
Het eschatologisch discours
Christen zijn
De heiligen in de hemel beminnen en bewonderen
Profetische waarschuwing
« Mijn leven geven als losgeld » (Mc 10, 45)
Wie is de « rijke jongeling » ?
De christelijke familie : Gaudium et Spes !
De afgunst en haar remedie, de hoop
« Gij zijt Petrus, maar ge zijt zwak »
Vergeten we niet de verjaardag van onze Moeder te vieren !
Zalige christen, beklagenswaardige farizeeër
Het Onbevlekt Hart van Maria, onze enige hoop
In dienst van de Koningin van de Hemel, en in vreugde
Het plan van God
Medelijden van Jezus, medelijden van Franciscus
Het leven van Jezus te Nazareth
« Ik ben Rooms »
« Onze Kerk is ijzersterk »
De devotie tot het Heilig Hart
Het Heilig Sacrament : aanwezigheid van Jezus
IN HET HART VAN DE DRIEVULDIGHEID: MARIA ONBEVLEKT ONTVANGEN
De stap achteruit van de « charismatische vernieuwing »
Van Hemelvaart naar Pinksteren, gisteren en vandaag
Houdt God van ons ? En hoe ?
De glorie van mijn Vader is dat gij vruchten draagt.
De goede herder en de slechte herders…
De leerlingen van Emmaüs
Zien om beter te geloven en meer te beminnen
Pasen : de glorie van de maagd Maria
Pilatus en Jezus tegenover hun tegenstanders
Jezus en zijn leerlingen tijdens het paasmaal
Jezus, Koning van de waarheid
Goed sterven om voor altijd te leven
De zonden van de goede christenen
Waarom stelt Jezus geen vertrouwen in de mensen?
Tegenwoordigheid en afwezigheid van Jezus
Veertig dagen geestelijke strijd
Abbé de Nantes verhoord in paus Franciscus
Het smeekgebed van een zoon van de Kerk
Zuivering van Maria ? Opdracht van Jezus
Van Johannes de doper tot Jezus van Nazareth
De eerste leerlingen van Christus
De vergeving van de zonden gisteren en vandaag